De stad is niet alleen een habitat van mensen, maar ook van planten en dieren. Stadsnatuur Bouwen is een pleidooi voor een natuurinclusieve, bio-receptieve architectuur in groene, biodiverse en gezonde steden. Om ontwerpers te inspireren de natuur een plek te geven in hun werk, geven de auteurs tien aanwijzingen voor natuurinclusief ontwerpen.
Natuurinclusief ontwerpen is vooral het in gang zetten en houden van natuurontwikkeling in gebouwen en steden. Het gaat daarbij om het scheppen van de juiste randvoorwaarden voor een ecologisch proces en het realiseren van een groen patroon of beeld. Natuur is niet vooraf uit te tekenen. Voor veel natuurlijk groen is het creëren van de juiste leefomstandigheden voor de gewenste groep van samenhangende soorten daarom belangrijker dan het planten van een specifieke soort op een ‘ontworpen’ plek. Het natuurlijke proces neemt het na oplevering van het gebouw over op basis van de - al of niet ontworpen - biotische en abiotische omstandigheden. Vanuit ecologisch perspectief gaat het erom de natuur uit te nodigen en het dan los te laten.
Door deze noodzaak om (ook en vooral) in processen te denken, verschilt het natuurinclusief ontwerpen van de meer traditionele architectuur en stedenbouw. Die worden immers onderhouden om juist niet in de loop van de tijd naar een niet-voorspelde staat te evolueren. In dat opzicht gaat het er niet zozeer om stadsnatuur te maken, maar om die mogelijk te maken, om het in gang zetten van natuurlijke processen. Niet om de natuur zo maar haar gang te laten gaan, want de context is urbaan en mensgemaakt. Het vereist dus een vorm van bemiddeling tussen het mensgemaakte en het natuurlijke; een natuur-cultuur fusie.
Reacties