ACHTERGRONDTIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 2013ACHTERGRONDROTTERDAM ZETSYMBOOLPOLITIEK DOORRotterdam wil het beleid om kansarme nieuwkomers - lees: allochtonen - te weren uit een aantalstadswijken doorzetten en uitbreiden tot zes wijken. De stad wil ook de werkingsduur verlengen en vindtdaarbij een gewillig oor bij het kabinet dat daartoe een wetswijziging heeft ingediend bij de TweedeKamer. De effecten van de toepassing van de huisvestingsvergunning voor de leefbaarheid zijn echterallerminst overtuigend. Dat weerhoudt de Rotterdamse gemeenteraad niet om er in meerderheid mee inte stemmen. Het motto was immers: `Rotterdam zet door'. Ja, dat doet Rotterdam, de symboolpolitiekwel te verstaan.6WoningverbeteringindeTarwewijkFoto: Andr? Ouwehand7TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 2013ACHTERGRONDDOOR ANDR? OUWEHAND EN WENDA DOFF, OTB ? ONDERZOEK VOORDE GEBOUWDE OMGEVING, FACULTEIT BOUWKUNDE, TU DELFTTien jaar geleden luidde Dominic Schrijer, deelgemeentebe-stuurder van Charlois, de noodklok omdat volgens de toengepubliceerde bevolkingsprognose het aandeel van de etni-sche minderheden in Charlois zou toenemen van 40,1 % in2001 tot 75,8% in 2017. Het leidde tot de nota `Rotterdam zetdoor' met voorstellen van het gemeentebestuur om de toestroom vankansarme allochtone nieuwkomers tegen te houden. Het leidde ooktot de `Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek',doorgaans en ook in dit artikel aangeduid als de Rotterdamwet, die datjuridisch mogelijk maakte1. De schrik zat er goed in na deFortuynrevolte waardoor de landelijke wetgeving in recordtempo doorbeide Kamers werd aangenomen. De gemeente Rotterdam startte in2004 een experiment om kansarme woningzoekenden in bepaalde wij-ken te weren, binnen het kader van de Huisvestingswet. Vanaf 2006 isde toepassing van de huisvestingsvergunning gebaseerd op deRotterdamwet, waarbij voorstellen aan de minister worden gedaanvoor vier jaar, gebaseerd op evaluatie van de voorafgaande periode (zietabel 1 voor een overzicht).Tabel 1 Fases en toepassingsgebied huisvestingsvergunningenOktober 2004 -juni 2006Juni 2006 -juni 2010Juni 2010 -april/juni 2014Juni 2014 -juni 2018gebied Carnissede `hotspot'-stratenCarnisse,Hillesluis,Oud Charlois,Tarwewijkde `hotspot'-stratenBloemhof,Carnisse,Hillesluis,Oud Charlois,TarwewijkBloemhof,Carnisse,Hillesluis,Oud Charlois,Tarwewijk,TussendijkenAantal huur-woningen*8.000 20.200 20.100 22.500Geschat aantalaangebodenwoningen p.j700 1.800 1.700 1.900Doelgroep Alle woning-zoekendenWoningzoekenden van buiten de stadsregioR'dam en woningzoekenden die < 6 jaar in stads-regio R'dam woneninkomenseis 120% mini-mumloonInkomen uit arbeid, pensioen, studiefinancie-ringEvaluaties** Okt. 2004- juli2005Juli 2006-juli2007Juli 2007-juli2009Juli 2009-juli2011* Gegevens resp. raadsvoorstel en WBOB-bestand COS per 1-1-2005/1-1-2010/1-1-2012.Vervanging van de `hotspot'straten in 2010 door Bloemhof leidde niet tot groei aantalhuurwoningen door gevolgen sloop-nieuwbouw en verkoop van huurwoningen. Devoorgestelde uitbreiding met Tussendijken in 2014 zal, indien de hele wijk Tussendijkenzou worden aangewezen, wel tot een toename leiden. Berekeningswijze is analoog aanBol & De Langen(2006).** Zie: Van Dun & Van der Zanden (2007; 2009; 2012) en Van der Wilte &Van der Zanden 2005In het experiment werd de hoogte van het inkomen als criteriumgebruikt. Sinds 2006 gaat het om de bron: inkomen uit werk, (ver-vroegd) pensioen of studiefinanciering. Die eis geldt voor alle woning-zoekenden die buiten, of nog geen zes jaar in, de stadsregio Rotterdamwonen en zich in de betreffende buurten willen vestigen in een huur-woning onder de huursubsidiegrens ( 681 per 1 januari 2013). Sinds2010 wordt de huisvestingsvergunning toegepast in vijf wijken, allegelegen in Rotterdam-Zuid.In de Rotterdamwet is de procedure opgenomen dat gemeenten voor-stellen kunnen indienen bij de minister voor een periode van vier jaar,die eenmalig verlengd kan worden met vier jaar. Bij de evaluatie van deRotterdamwet heeft Rotterdam, de enige gemeente die tot nu toegebruik maakt van de regeling, aan het rijk voorgesteld om meermaalste kunnen verlengen. In het voorstel voor aanpassing van deRotterdamwet (april 2013) heeft de regering voorgesteld de periode tenhoogste vier maal met vier jaar te verlengen, zodat de toepassing intotaal maximaal twintig jaar kan zijn. Elke vier jaar zal de minister dat,zo staat in het wetsvoorstel te lezen, steeds intensiever toetsen. Dezeruimhartige uitbreiding is vooral ingegeven door het met de gemeenteRotterdam afgesloten Nationaal Programma Rotterdam Zuid2.In dit artikel houden we opnieuw de toepassing van de Rotterdamwettegen het licht. We gaan als eerste in op de effecten voor het aantalkansarmen in de betreffende wijken en vervolgens voor de leefbaar-heid. Daarnaast bezien we de effecten voor de woningzoekenden diemen wil uitsluiten. Vervolgens gaan we in op de analyse en afwegingvan de verschillende resultaten ten aanzien van het al dan niet voort-zetten van het beleid, waarbij ook de politieke context aan de ordekomt. We sluiten af met enkele meer algemene noties en conclusieswaarbij we ook de vraag beantwoorden of sturen op in- en doorstro-ming een effectief instrument is.HET AANTAL KANSARME BEWONERS IN DE WIJKENLeidt het weren van kansarme vestigers die buiten of nog geen zes jaarbinnen de stadsregio Rotterdam wonen tot een lager aantal kansarmenin de aangewezen wijken? De uitvoering van de huisvestingsvergun-ningen is voor de sociale huurwoningen gedelegeerd aan de corpora-ties die het criterium melden in het aanbodmodel. De corporatiesweten niet hoeveel mensen ze zo preventief weren en houden ook geenaantallen bij van mensen die desondanks toch reageren. Voor de parti-culiere huurwoningen kent de gemeente de vergunningen zelf toe.Ook hier weet men niet hoeveel woningzoekenden zich aanvankelijk inde betreffende wijken wilden vestigen, nu afgeschrikt worden enelders een woning zoeken. Het teruglopende aantal geweigerde huis-vestingsvergunningen maakt alleen duidelijk dat de particuliere ver-huurders nu beter rekening houden met de criteria dan in het begin.Om het effect op het aandeel kansarmen in beeld te brengen wordt inhet evaluatierapport inzicht gegeven in het aandeel bijstandsontvan-gers in de betreffende wijken (figuur 1).Figuur 1 Aandeel bijstandsontvangers in de potenti?le beroepsbevolking, HVVgebieden, januari 2005-juli 2011Bron: Van Dun & Van der Zanden 2012, p.2016%14%12%10%8%6%4%jan2005BloemhofHillesluisTarwewijkOud-CharloisCarnisseRotterdamjuli2006juli2007juli2008juli2009juli2010juli20118TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 2013ACHTERGRONDHet aandeel bijstandsontvangers in de potenti?le beroepsbevolking isin Rotterdam tussen 2005 en 2009 gedaald, maar sinds juli 2009 weergestegen onder invloed van de crisis en ligt medio 2011 weer op het-zelfde niveau: 9,3%. Voor de huisvestingsvergunningengebieden (HVV)geldt dat ze nog onder het aandeel van 2005 zitten, met uitzonderingvan Bloemhof waar de regel pas sinds 2010 van kracht is, maar de ont-wikkeling is analoog aan die van Rotterdam: economische ontwikke-lingen treffen alle wijken. Alle HVV-gebieden zitten (nog steeds) bovenhet Rotterdamse gemiddelde, met uitzondering van Carnisse (dat eengroot aandeel eigenaar-bewoners heeft). In het evaluatierapport staanook cijfers voor het jaarlijks aandeel verhuisden met een uitkering opbasis van de Wet werk en bijstand (WWB). Dat blijkt in drie van de vijfwijken te zijn afgenomen, terwijl het in overig Rotterdam is toegeno-men. Bij vergelijking van de cijfers van de verhuisden met andere wij-ken kunnen we lezen: "Het geeft wederom aan dat de maatregel bij-draagt aan de verlaging van het bijstandsniveau in de HVV-wijken."(Van Dun & Van der Zanden 2012, p. 23). Twee bladzijden daarvoor stel-len de onderzoekers echter, dat de huisvestingsvergunning slechts ??nvan de maatregelen is geweest die in de betreffende gebieden zijngenomen. Er is in betreffende periode actief ingezet op de fysieke aan-pak van de wijken (sloop en nieuwbouw en verkoop van huurwonin-gen), in interventieteams die irreguliere bewoning moesten tegengaanen er is ook veel ge?nvesteerd in scholing en projecten voor toeleidingnaar de arbeidsmarkt. Welk effect welke maatregel heeft gehad, is nietuitgezocht.EFFECTEN HUISVESTINGSVERGUNNING VOOR DE LEEFBAARHEIDDoelstelling van de maatregel is het realiseren van minder probleem-cumulatie en een hogere leefbaarheid. De onderzoekers gebruikendaarvoor drie indicatoren, de veiligheidsindex, de sociale index ende buurtsignaleringsscore. Bij de eerste indicator, de veiligheidsin-dex, zijn twee van de vijf wijken er op vooruitgegaan (een hogerewaarde duidt op meer veiligheid), maar de andere drie zijn per saldogedaald en alle vijf zitten ze onder het Rotterdamse gemiddelde (ziefiguur 2).Figuur 2 Veiligheidsindex HVV-wijken en Rotterdam, 2006-2011Bron: Van Dun & Van der Zanden 2012Over de veiligheidsindex schrijven de onderzoekers: "In welke mate deHVV-maatregel hierop invloed uitoefent is niet aantoonbaar." (Ibid., p.28), in onze woorden: er is geen effect te constateren.De tweede indicator, de sociale indexscore, geeft een wellicht mindergrillige, maar toch even weinig positieve ontwikkeling te zien (figuur3, ook hier geldt: hogere waarde is positief).Figuur 3 Sociale indexscore HVV-wijken en Rotterdam, 2008, 2009, 2010, 2012Bron: Van Dun & Van der Zanden 2012 (cijfers 2008-2010) en www.Rotterdamincijfers.nl(voor de gegevens van 2012), bewerking: auteursOok hier geven de onderzoekers aan dat de HVV-maatregel slechts ??nvan de be?nvloedende maatregelen is. De ontwikkeling is, met uitzon-dering van Charlois, wederom analoog aan die van Rotterdam.Kortom, er is geen effect te vinden.Als derde indicator gebruiken de onderzoekers de buurtsignalerings-score (zie figuur 4) die het COS maakt op basis van sociaal-economi-sche en fysieke variabelen en gegevens op het gebied van veiligheid bijelkaar op te tellen die gezamenlijk een uitdrukking geven van de zoge-noemde potenti?le probleemcumulatie. Een hogere waarde geeft eenhogere potenti?le probleemcumulatie aan, is dus negatief.IndeTarwewijkissprakevanintensieftoezichtFoto: Andr? OuwehandTarwewijkCarnisseOud-CharloisHillesluisBloemhofRotterdamTarwewijkCarnisseOud-CharloisHillesluisBloemhofRotterdam98765436,565,554,543,52006 20072008200820092009201020112012TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 20139ACHTERGRONDFiguur 4 Ontwikkeling buurtsignaleringsscore HVV-wijken en Rotterdam, 2006-2011Bron: Van Dun & Van der Zanden 2012, p. 31De buurtsignaleringsscore laat zien dat alle HVV-wijken een hogereprobleemcumulatie hebben dan Rotterdam, waarbij Tarwewijk enCarnisse de slechtste score laten zien. Na een aanvankelijk positieveontwikkeling is vanaf 2008 een negatieve ontwikkeling te zien (inBloemhof, toen nog geen HVV-wijk, pas vanaf 2009). Die komt in alleHVV-wijken vooral voor rekening van een sterk toegenomen percenta-ge niet-werkende werkzoekenden (ibid., p. 32). De onderzoekers schrij-ven hierover: "....dat is een trend die in heel Rotterdam zichtbaar is.Het ontstaan van werkloosheid zal veelal ook de zittende bevolking ineen buurt betreffen. De HVV-maatregel is hierop niet van invloed."(ibid., p. 32). Het weren van kansarmen blijkt dus ook geen effect tehebben op probleemcumulatie als indicator van de leefbaarheid.EFFECTEN VOOR DE TE WEREN DOELGROEPEen van de voorwaarden die het rijk heeft verbonden aan invoeringvan de maatregel is dat de huishoudens die geweerd worden wel eldersin de stad of regio voldoende huisvesting zouden moeten kunnen vin-den. Het evaluatierapport biedt alleen zeer algemene gegevens overslaagkansen van woningzoekenden: in de sociale sector is inschrijf-duur belangrijk, woningzoekenden van buiten de regio hebben daar-door een lagere slaagkans. In de particuliere huurvoorraad komenjaarlijks in totaal 7.500 woningen vrij, ongeveer de helft daarvan komtterecht bij vestigers en een kwart bij starters uit Rotterdam. In de eva-luatie is nagegaan of bepaalde groepen woningzoekenden in de HVV-wijken nu minder aan bod komen, vergeleken met het jaar voor invoe-ring van de maatregel. Nog steeds blijken er in de HVV-wijken meerjongeren tot 25 een woning te vinden en minder 65+-ers, in datpatroon is geen wijziging gekomen. Ook is gekeken naar de etniciteitvan de nieuwe huurders (zie tabel 2), daar was het tenslotte allemaalom begonnen: het tegengaan van de groei van de etnische minderhe-den, hetgeen later is omgevormd naar `kansarmen'.De instroom van niet-westerse allochtonen was, met uitzondering vanCarnisse, hoger dan in overig Rotterdam, waarbij zich overigens groteverschillen voordeden: van 52% in Oud Charlois tot 73% in BloemhofDeelvaneentegeltableauophetwijkgebouwFoto: Andr? OuwehandTarwewijkCarnisseOud-CharloisHillesluisBloemhofRotterdam2,521,510,50-0,52006 2007 2008 2009 2010 2011TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 2013ACHTERGROND(vooral sociale huur). De instroom van autochtonen was met uitzonde-ring van Oud Charlois en Carnisse ongeveer de helft van overigRotterdam. Het aandeel autochtoon is in zowel Tarwewijk, Hillesluisals Bloemhof ongeveer gelijk gebleven en wat gezakt in Carnisse enOud Charlois. Het aandeel niet-westerse allochtonen is echter duide-lijk afgenomen, vooral ten gunste van bewoners van de `overigeEU-landen'. Uit onderliggende analyse blijkt dat het vooral omMidden- en Oost-Europese landen (`MOE-landers') gaat. Dat is een ste-delijke tendens die zich vooral voltrekt in de particuliere sector. In`overig Rotterdam' is het een toename met 50% ten opzichte van heteerste jaar, in Carnisse en Oud Charlois gaat het om een verdrievoudi-ging in enkele jaren tijd.ANALYSE, AFWEGING EN BESLUITVORMINGIn 2009 heeft de Rotterdamse gemeenteraad besloten welke toetsings-criteria hij wil hanteren om te kunnen bepalen of er sprake is van eenbovenmaatse problematiek in bepaalde wijken. "Een wijk komt inprincipe in aanmerking voor voortzetting of invoering van de HVV-maatregel, indien deze wijk met betrekking tot zowel het bijstandsni-veau als de veiligheidsindex, de sociale index en de buurtsignaleringbeneden een kritische waarde ten opzichte van het stedelijk gemiddel-de scoort" (ibid. p. 51). In 2010, bij de eerste verlenging, heeft het toen-malige college niet de lijn gekozen om de vier criteria strikt te volgen.Dat zou toen hebben geleid tot stoppen in Carnisse, Hillesluis en OudCharlois. Dat vond het college toen, gesteund door een meerderheidvan de raad, niet opportuun gezien de grote problematiek inRotterdam-Zuid. De wethouder wilde in de betreffende wijken rust enruimte cre?ren voor de bewoners. Ook nu, in 2013 bij de beslissing overde verlenging in 2014, is toepassing van de vier criteria niet striktgevolgd.Uitgaande van deindertijd geformuleer-de kritische waarden3zou de toepassing vande HVV-maatregel per2014 gestopt kunnenworden in Carnisse enOud Charlois. InCarnisse ligt het bij-standsniveau onder hetstedelijk gemiddeldeen in Oud Charloisoverschrijden de veiligheidsindex en de buurtsignalering de kritischewaarden niet (ibid. p. 52-53). Volgens de onderzoekers zou de wijkTussendijken in Delfshaven in aanmerking komen voor de maatregelaangezien die op alle vier punten de kritische waarden overschrijdt.Deze conclusies van de onderzoekers zijn niet overgenomen.Bespreking van het evaluatierapport over de huisvestingsvergunningheeft binnen de gemeente en het bestuur van `Nationaal ProgrammaRotterdam Zuid'4, geleid tot discussie. Omdat het evaluatierapportwijst "op een toename van het buitenlandse migratiesaldo inRotterdam Zuid" (PRC 2012, p. 9), het gaat om de snelle instroom vanMOE-landers, besluiten het Ministerie van Binnenlandse Zaken en hetbestuur van NPRZ aanvullend onderzoek te laten verrichten (PRC2012).5In het voorstel aan de raad stelt het college dat weliswaar Carnisse enOud Charlois deels niet meer voldoen aan de criteria voor continue-ring van de huisvestingsvergunning, maar: "Het gaat hier om de vijffocuswijken6met het hoogste aandeel particuliere huurwoningen,waarvoor de HVV het enige instrument is om de instroom op korteTabel 2 Etniciteit nieuwe huurders in het jaar voor invoering HVV en drie recente jarenBron: Van Dun & Van der Zanden 2012, p. 3910TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 201311ACHTERGRONDtermijn te be?nvloeden. Om deze reden zijn wij van oordeel, dat met detoepassing van de HVV-maatregel in de huidige vijf aangewezen gebie-den doorgegaan moet worden." (College van Burgemeester enWethouders, 2013, p. 8). Het college stelt dat toepassing inTussendijken, zoals voorgesteld door de onderzoekers, niet opportuunis omdat toepassing daar niet voldoet aan de voorwaarde van het rijkten aanzien van de subsidiariteit (andere maatregelen zijn niet vol-doende). Er is in Tussendijken geen sprake van een integrale aanpak.Daarom wil het college aanvankelijk niet ingaan op het verzoek van devoorzitter van deelgemeente Delfshaven om in Tussendijken de HVV-maatregel in te voeren vanwege de instroom van de MOE-landers. Hetcollege stelt naast verlenging van de huisvestingsvergunning nogenkele andere maatregelen voor7.In de gemeenteraad dienen PvdA, CDA en VVD een gezamenlijkemotie in die ook ondersteund wordt door Leefbaar Rotterdam, omTussendijken ook aan de minister voor te dragen als HVV-wijk. Daaropzegt de wethouder dat hij eigenlijk zelf niet begrijpt waarom in devoorbereiding al niet door het college dit voorstel is gedaan en hij"omarmt" de motie. De raad steunt in meerderheid (34 van de 45leden) het voorstel tot verlenging en de motie over Tussendijken. D66,GroenLinks, SP, ChristenUnie/SGP en het PvdA-lid Alaoui stemmentegen. Binnen een uur is het agendapunt achter de rug. De koppen zijngeteld, een inhoudelijke discussie vindt vrijwel niet plaats.CONCLUSIES EN COMMENTAARHet is acht jaar geleden dat in Rotterdam werd gestart met het werenvan bepaalde groepen woningzoekenden in bepaalde wijken. De aan-leiding was de verwachte toename van het aandeel allochtonen. Datzou de spankracht van sommige wijken te boven gaan. Allochtone ves-tigers werden gelijkgesteld met kansarmen en met veroorzakers vanoverlast die de leefbaarheid negatief be?nvloeden. In de beleidsmaatre-gelen is dat uiteindelijk genuanceerd en richt de maatregel zich opvestigers zonder werk die buiten, of nog geen zes jaar binnen, destadsregio wonen. De retoriek is echter vrijwel gelijk gebleven. Destroom van niet-westerse allochtonen is kleiner geworden, maar dedaarvoor in de plaats gekomen MOE-landers worden in hetzelfde hokjeFoto:Andr?OuwehandVuilniswagenindeTarwewijkmeteentoepasselijkgedichteropFoto: Andr? Ouwehand121212TIJDSCHRIFT VOOR DE VOLKSHUISVESTING NUMMER 5 OKTOBER 2013ACHTERGRONDgezet en consequent geproblematiseerd, ondanks tegenwerpingen uitde praktijk (Van Muijen 2013) .Uit de evaluatie blijkt dat de ontwikkeling van het aantal kansarmenen van de leefbaarheid in de HVV-wijken geen positieve afwijkingenvertonen van die van Rotterdam. Het aantal kansarmen in de wijkwordt vooral be?nvloed door de economie en de leefbaarheid lijkt meerhet resultaat te zijn van alle andere maatregelen die de stad heeft geno-men. Dat zijn belangrijke lessen, ook voor gemeenten elders in hetland.Er is in Rotterdam geen aandacht en discussie om de toepassing vande maatregel echt goed te onderzoeken. In de evaluatie(s) ontbreektelke poging om de causaliteit in beeld te krijgen, evenmin wordtgepoogd om de effecten van de regeling te onderscheiden van de effec-ten van andere ingezette maatregelen. De evaluatierapporten die in deafgelopen jaren zijn geschreven, kunnen de toets der kritiek niet door-staan, maar dat kun je niet alleen de onderzoekers kwalijk nemen. Hetlijkt er sterk op dat het bestuur niet ge?nteresseerd is in een degelijkeevaluatie, maar meer ge?nteresseerd is in bezweringsformules, in sym-boliek. Het is te hopen dat het ministerie bij de toetsing van de aan-vraag voor verlenging echt werk maakt van zijn woorden dat hij het"steeds intensiever" zal toetsen.In het raadsdebat bleek dat de afstand tussen voor- en tegenstandersvan de huisvestingsvergunning niet te overbruggen was en dat er bijde voorstanders ook geen behoefte was om meer zicht te krijgen opwat nu wel werkt en wat niet. "Wij moeten concluderen dat deRotterdamwet symboolpolitiek is", stelde Setkin Sies (ChristenUnie-SGP).Het politieke discours past geheel binnen de huidige tijdgeest waarinhet populisme (landelijk de PVV, in Rotterdam: Leefbaar Rotterdam)een grote invloed heeft gekregen, ook op de andere partijen. In hetpopulistisch discours telt, zoals hoogleraar Paul Frissen onlangs stel-de8, de kracht van de symboliek en gaat het niet om feiten, principesof rationele afwegingen. Verlenging van de huisvestingsvergunning isniet alleen een kwestie van `principle-free politics' (Van Eijk, 2013), hetis ook een voorbeeld van `fact-free politics'. `Rotterdam zet door!', datwas het motto jaren terug en dat is nog steeds de mantra, ondanks hetgebrek aan overtuigende effecten. Je kunt dan ook beter stellen:`Rotterdam zet de symboolpolitiek door!'Literatuur:College van Burgemeester en Wethouders (2013) Voorstellen met betrekking tot hetbe?nvloeden van migratiestromen naar Rotterdam, in het bijzonder naar RotterdamZuid (13gr1499)Eijk, Gwen van (2013a) Rotterdamwet: gedragseis voor bewoners? Op: www.socia-levraagstukken.nl, geplaatst 30 augustus 2013Eijk, Gwen van (2013b) Rotterdamwet ijzersterk voorbeeld van principle-free poli-tics. Op: www.versbeton.nl, geplaatst 9 mei 2013.Dun, L.P.M. van & W.H.M. van der Zanden (2007). Evaluatie invoeringHuisvestingsvergunning Rotterdam. Rotterdam: COS.Dun, L.P.M. van & W.H.M. van der Zanden (2009). Evaluatie HuisvestingsvergunningRotterdam, juli 2006 ? juli 2009. Rotterdam: COS.Dun, L.P.M. van & W.H.M. van der Zanden (2012). Evaluatie HuisvestingsvergunningRotterdam, juli 2009 ? juli 2011, tweede herziene druk. Rotterdam: COS. (13gr1499b)Muijen, Matthijs van (2013) Rotterdamwet niet nodig tegen overlast van Roemenenen Bulgaren. Op: www.versbeton.nl, geplaatst 20 juni 2013.Policy Research Corporation (2012) Onderzoek migratiestromen Rotterdam Zuid.Impactanalyse op doelen Nationaal Programma Rotterdam Zuid en verkenning vanoplossingsrichtingen voor beleid en uitvoering. Rotterdam: PRC. (13gr1499a)Wilte, G.H. van der, & W.H.M. van der Zanden (2005) Evaluatie experiment huisves-tingsvergunning. Rotterdam: COS.Noten1 Zie voor de inhoud van het ontwikkelde beleid en de achtergronden: Bol, P. enM. de Langen (2006), `Rotterdam en de Rotterdamwet', Tijdschrift voor deVolkshuisvesting 12 (3) p. 6-11, ons commentaar: Laan Bouma-Doff, W. van deren A. Ouwehand (2006) `Rotterdam draaft door. Een kritische analyse van deinvulling van de Rotterdamwet', Tijdschrift voor de Volkshuisvesting 12 (3) p.12-17 en het naschrift: Smit, V. (2006), `Zet of draaft Rotterdam door?',Tijdschrift voor de Volkshuisvesting 12 (3) p. 18-192 In het voorstel tot aanpassing van de wet is ook de mogelijkheid opgenomenom in daarvoor aangewezen gebieden woningzoekenden te kunnen screenenop hun gedrag (zie voor een kritische bespreking: Van Eijk 2013a).3 De kritische waarden worden overschreden als het bijstandsniveau boven hetRotterdamse gemiddelde ligt en het werkelijk bijstandsniveau ook boven een,voor de woningvoorraad van de wijk gecorrigeerd, te verwachten bijstandsni-veau ligt. Voor de veiligheidsscore is de kritische waarde: een score onder de6,0 (Rotterdams gemiddelde is 7,5). Voor de sociale index geldt een scoreonder 5,0, die van de `probleemwijk'. Voor de buurtsignalering geldt een scoredie hoger ligt dan de standaarddeviatie boven het stedelijk gemiddelde, ofweleen score van 0,84 of hoger.4 Het NPRZ wordt geleid door Marco Pastors, oud-Leefbaar Rotterdam voormanen de wethouder die verantwoordelijk was voor de ontwikkeling en invoeringvan de huisvestingsvergunning.5 Vanwege de omvang van dit artikel gaan wij hier niet uitgebreid op die analysein. De algemene conclusie is dat de arbeidskrachten uit die landen bevorderlijkzijn voor de economie. Ze komen deels voor korte termijn hier naar toe enschrijven zich niet in bij de gemeentelijke basisadministratie en zijn voor huis-vesting dan aangewezen op de (irreguliere) kamermarkt en dat leidt tot leef-baarheidsproblemen. Deels komen ze voor de lange termijn, schrijven zichgewoon in en huren een woning. In die gevallen zorgt de taalachterstand welvoor extra druk op de scholen.6 In het NPRZ zijn zeven focuswijken aangewezen, de wijken waar het NPRZzich vooral op richt.7 Het college stelt verder voor de zeven focuswijken van het NPRZ aan te wijzenals 0-quotum wijken voor kamerverhuur (geen uitbreiding van aantal kamers),intensivering van een aantal controlemaatregelen voor kamerverhuur, benut-ting van nieuwe mogelijkheden in de Rotterdamwet om in de HVV-wijkenbepaalde groepen (met een hoger inkomen/hogere opleiding/gezinnen) voor-rang te geven en onderscheid maken tussen voorzieningen voor kort verblijf inRotterdam van arbeidsmigranten (buiten de focuswijken!) en langduriger ves-tiging voor perspectiefrijke arbeidsmigranten.8 Interview van Wim Brands met Frissen over zijn boek `De fatale staat' in hetprogramma `Boeken' (VPRO, 1 september 2013)
Reacties