Varen provincies voortaan een water-inclusieve koers? Haalt de waterkwaliteit in 2027 een voldoende? Aan idealen ontbreekt het niet bij de drie gedeputeerden, tevens lijstaanvoerder bij de provinciale verkiezingen voor respectievelijk PvdA/GroenLinks in Zeeland, GroenLinks in Groningen en ChristenUnie in Flevoland. Maar de weg is lang en de bestuurlijke mogelijkheden zijn beperkt.
Het verkiezingsprogramma van PvdA/GroenLinks in Zeeland is duidelijk. De waterkwaliteit van de meeste Zeeuwse polderwateren is slecht door uitspoeling van stikstof en bestrijdingsmiddelen. Anita Pijpelink – ze omschrijft zichzelf als een sociaaldemocraat met een groen hart - is gedeputeerde voor de PvdA op terrein van water en natuur en aanvoerder van de (unieke) gezamenlijke lijst met GroenLinks. Volgens haar moet er in samenwerking met het waterschap nog heel wat gebeuren om de waterkwaliteit te her- 29 stellen. “Maar dat is niet makkelijk. Onze mogelijkheden zijn beperkt. Wij zijn afhankelijk van veel invloeden, we zijn overgeleverd aan hogere krachten, het Rijk, de Europese Gemeenschap, maar we kunnen wel ons verhaal vertellen.”
In de provincie Groningen is het met de waterkwaliteit niet veel beter gesteld, zegt gedeputeerde Melissa van Hoorn. Zij heeft water en klimaatadaptatie in haar portefeuille en is bij de statenverkiezingen lijsttrekker voor GroenLinks. Tot 2020 was Van Hoorn werkzaam bij Waterschap Noorderzijlvest. “Onze waterkwaliteit wordt wel beter, we boeken als het gaat om planten en vissen vooruitgang, maar wij zijn er nog niet. En ik ben er ook niet gerust op dat we al in 2027 kunnen voldoen aan de Kaderrichtlijn Water. Zo is bijvoorbeeld het stikstofgehalte op een aantal plekken te hoog. En niet alle waterschappen nemen nu al maatregelen. Ook moeten we het gebruik van bestrijdingsmiddelen verder verminderen, maar daarvoor zijn we afhankelijk van generieke maatregelen. Het duurt ook nog eens heel lang voor het effect van dergelijke maatregelen zichtbaar is in ons oppervlaktewater.”
Reacties