Orgaan van het Nederlandsch Instituut voor Yolkshuis-vesting en Stedebouw en van den Nationalen Woningraad,Aigemeenen Bond van WoningbouwvereenigingenMei 1938 19e Jaargang no. 9Vraagt onze nieuweKleurenkaarlIJa, op Tornol kunt gij bouwenHet is een oersterke lakverf, die bestand is tegen alleweersinvloeden; vorst, regen, hitte en zeedampen.Daarom gebruiken zooveel Woningbouwvereeni-gingen en Vereenigingen voor de VolkshuisvestingTORNOLChloorrubberlakverfPIETER SCHOEN EN ZOON N.V. ZAANDAMN.V. Houthandel A.J.K. GRONDHOUTHAVEN 43 - AMSTERDAMTELEFOON: 41412 (na kantoortijd 22908)Vuren, Grenen en Dennen Bestekhout, Schrooten-delen, platen, battens, ribben, tengels etc. etc.bewerkt en onbewerktJuffers, Oregon-Pine, Triplex enz.Speciaal adres voorBEUKEN- EN EIKEN STAAFVLOERENGoede en ruime sorteering voor, en groote ervaringvan de eischen van den WoningbouwPrompte levering - Concurreerende prijzenBOUWBEDRIJFH.VANSAANEOVERTOOM 266 AMSTERDAM . W.WONINGBOUWP. A. BOS P.Azn.ZEIST Boschkant 6Vlamoven-straatklinkersinDiverse soortenVlamovics(Drooggeperste Klinkerlceien)voorWegen, DijkbeglooiYngen,Kademuren en BrugpeilersTijdschriftvoor Volkshuisvesting en StedebouwOrgaan van het Nederlandsch Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw enden Nationalen Woningraad, Algemeenen Bond van WoningbouwvereenigingenRedactic! H. P. J. Bloemers, J. Bommer, Jhr. M. J. I. de Jonge van EUemeel, Ir. L. S. P. Scheffer,Ir. P. Bakker Schut, Mr. J. Vink, Ir. J. M. A. ZoetmulderAdres Toor Redactie en Abonnementen: Kloveniersburgwal 70, Amsterdam C, Telefoon 40588AdTertenties: Keizersgracht 188, Amsterdam C, Telefoon 49128Mei 193819e Jaargang No. 5MaandbladOfficieele mededeelingenNederlandsch InstituutJaarvergaderingOp 28 April is te Utrecht de jaarvergadering gehouden.Het verslag en de rekening en verantwoording over hetafgeloopen jaar werden goedgekeurd. De begrootingvoor 1938 werd eveneens goedgekeurd.Van d* beide bestuursleden, die aan de beurt van aftre-den waren, had de Heer W. van Boven den wensch tekenneri gegeven om niet meer voor herbenoeming inaanmerking te komen. Het bestuur stelt er prijs op hieruiting Ite geven aan zijn erkentelijkheid tegenover denHeer van Boven, die zeer vele jaren als bestuurslid, alslid van den Stedebouwkundigen Raad en als lid vanverscheidene studiecommissies krachtig deelgenomenheeft aan de leiding en aan de werkzaamheden van hetInstituikt.De Heer Jhr. M. J. I. de Jonge van Ellemeet werd bijacclamatie herkozen.Bij den aanvang van de vergadering herdacht de Voor-zitter in het kort het twintigjarig bestaan van het Insti-tuut.Vervolgens werd aan de orde gesteld het onderwerp,,Een Nationaal Plan voor Nederland", waarover deHeeren Ir. P. Bakker Schut, Ir. L. S. P. Scheffer en Mr.H. Westermann inleidingen hielden. Voor dit onder-werp bestond zeer veel belangstelling. De inleidingenzijn in het April-nummer volledig afgedrukt. Op de in-leidingen volgde een korte gedachtenwisseling, waaraandoor de Heeren Ir. H. W. O. de Bruyn, J. }. Talsma enIr. F. P. Mesu werd deelgenomen.JVergadering van de Afdeeling StedebouwAan de jaarvergadering ging vooraf een korte bijeen-komst j^an de Afdeeling Stedebouw, waarin de werken-de ledejn, die aan de beurt van aftreden waren, herko-zen wetden.ExcursieOp 14 Mei 1.1. had de excursie plaats naar de Haagscheparkenien plantsoenen. De Heer M. Vrijenhoek, wet-houderjvoor de stadsontwikkeling en volkshuisvesting,hield vooraf een inleiding, waarna de deelnemers inautobussen een tocht door den Haag maakten ter be-zichtiging van verschillende parken en andere openruimten. Onder de deskundige leiding van de HeerenS. G. A. Doorenbos en Ir. P. Bakker Schut kregen onzeleden een uitstekenden indruk van de groote verschei-denheid van het groen in de nieuwe uitbreiding van denHaag en van de toewijding en het enthousiasme, waar-mee dat voor de stadsontwikkeling zoo belangrijke ele-ment in den Haag verzorgd wordt.Aan het gemeentebestuur zij hier een woord van dankgebracht voor de welwillende ontvangst.PraeadviezenvergaderingHet bestuur heeft de Heeren Mr. H. W. Bloemers, bur-gemeester van Roden, J. A. M. Bruineman, burgemeestervan Druten, en Mr. A. F. Kamp, burgemeester van Texel,bereid gevonden om in de a.s. najaarsvergadering op tetreden als praeadviseur over het onderwerp ,,de volks-huisvesting ten plattelande".Commissie Internationaal Aardrijkskundig CongresDe door het dagelijksch bestuur ingestelde commissie,belast met de samenstelling van een rapport over de we-tenschappelijke voorbereiding van de streekplannen inNederland, ten behoeve van het Internationaal Aard-rijkskundig Congres, dat dezen zomer te Amsterdamwordt gehouden, heeft haar rapport ingediend. Het isdoor het dagelijksch bestuur bij het Congresbureau in-qezonden.Het berekenen van de woningbehoeftedoor J. H. Schaad, Oud-directeur vanhet Bouw- en Woningtoezicht te ZwolleZooals bij de leden van het Instituut bekend mag wor-den ondersteld, stelde dit in 1925 een Commissie in,,,teneinde een onderzoek in te stellen naar de methodevan Halle a. S. voor de bepaling van de woningbehoef-te en rapport uit te brengen over eventueele correctievan deze methode".Eerst in September 1928 diende de Commissie haar rap- 105Artikelen port in, dat -- zonder de 43 bijlagen, die het vergezel-den, -- in het daaropvolgend jaar werd gepubliceerdin ,,Gemeentebestuur". De Commissie had met grootenauwgezetheid nagegaan, welke fouten bij de boekingenvolgens Halle gemaakt kunnen worden. Zij heeft aange-toond, dat de verschillen tusschen de met genoemde me-thode berekende en de werkelijke woningbehoefte nietdoor een eenvoudige correctie te elimineeren zijn. Eenbesliste uitspraak kon zij echter doen, n.l. dat een pro-centueele vermindering van de uitkomsten volgens Halledoor niets gemotiveerd wordt.Als lid dier Commissie ben ik het jaar na haar instellingbegonnen naast de werkelijke woningbehoefte te Zwolle,die ik reeds verscheiden jaren uit de bevolkingsstatistiekverzamelde, ook die volgens Halle te bepalen.In de verslagen van mijn dienst, die in de bibliotheekOverzicht van de mutaties in de woningbehoefte te Zwolle over 1934HuwelijkenAantal Burg. StandderhuwendenVan dehuwendenwonenbuitenZwolle1De gehuwden Haddenvoor hethuwelijkreeds eeneigenwoningToenamewoning-geslotenvertrekkenuitdegemeentebetrekkeneenafzonderlijkewoningaaocc05betrekken eenblijvenelkopzichzelfbehoeftehuwelijken cw03(0cooaMuV* ,Ae^^V.3^3^-^^e^..??.^ '.^e\0^",A\^^'' :\y^^VO^2552921122319246131032117Verhuizingen binnen de gemeenteBurgerlijkenstaatvan deverhulzendenEchtparenWm.Wv.Hm.Hv.Sm.Sv.O.TotalenI) 5 ec5 betroklken,itparen gingen zonder echtscheiding uit elkaar, hiervan betrok 1 man een afz. woning, 1 vertrok naar elders, 3 gingen inwonen; de ^ (\-i'-- vrouwen bleven in de door hen reeds bewoonde of betrokken een andere woning. i U /Huisvesting voor de verhuizingaoN03a'5o1020391014525391215-ocuao5837351044628182c03toaoorBu1J38to>4)u-c N!>03P> -o>1078')391014')5')25391273Huisvesting na de verhuizingo^co03a'ao1031278151255441210-ac4Jao4049551332620188d03tocoJ3ao1J3uwCto>292?J 03il co|03ctoc1071278151255441250Artikelen ,Recap tulatie uit de 4 voorgaande statenWoningbehoefteBewoonde Samenwcwoningen aningen )Mutaties volgenii Halle werkelijktoename afname toename afname toename afname toename afnameHuwelijk 269 -- 233 -- 243 41 31 --Sterfgevallen -- 108 16 59 -- 43 -- --Vestiging 409 -- 358 -- 334 -- 24 --Vertrek -- 319 -- 292 -- 277 -- 15Verhuizing -- -- 1250 1273 1210 1215 40 58Totalen 678 427 1857 1624 1787 1576 95 73+ 251 + 233 + 211 221) De mutaties in de samenwoningen, die afzonderlijk worden geteld, geven met de veranderingen in den woningvoorraad en de onbe-woonde woningen een controle op de uitkomsten.Het is nu mogelijk de verschillen vanaf 1926 t/m 1937jaar voor jaar weer te geven.Zi] komen voor in de onderstaande tabel.Toename woningbehoefte 1926/37ToenameJaarwoningbehoefteSamcnvolgensHallewer-kelijk^1 woningen1926 176 203 187 161927 219 255 268 -131928 67 70 87 -171929 121 86 83 31930 76 64 53 111931 150 198 197 11932 187 152 140 121933 124 95 91 41934 251 233 211 221935 180 237 233 41936 76 67 56 111937 -6 -48 -38 -10Totaal 1621 1612 1568 44Id. 1926/1935 1551 1593 1550 43 le serieId. 1927/1936 1451 1457 1419 58 2e serieId. 1928/1937 1226 1154 1113 61 3e serieWij zien hieruit, dat over een eenigszins langere periodede fouten voor een groot deel worden geelimineerd; inde eerste 10-jaars serie hierboven is het verschil Halle2.6% te laag; 2e serie 0.4% te laag; 3e serie 6.3% te108 hoog; over de beschouwde 12 jaar 0.6% te hoog.In zekeren zin zou de methode Halle, althans voorZwolle, gerehabiliteerd mogen heeten. Ik had aldaar duskunnen volstaan met -- zonder nader onderzoek naarde verdere omstandigheden -- als toename van dewoningbehoefte te tellen:a. alle te Zwolle gesloten huwelijken, met uitzonderingvan die, waarbij een der partijen in weduwlijken staatverkeert of de gescheiden vrouw met een ongehuwde inden echt treedt, waarbij geen woningbehoefte wordt ge-rekend te ontstaan, terwijl, wanneer beiden in weduw-lijken staat verkeeren, dan wel de man alleen en devrouw gescheiden was, een vermindering van een wordtgeteld;b. alle vestigingen in de gemeente van echtparen, per-sonen in weduwlijken staat en gescheiden vrouwen engehuwde vrouwen, wier echtgenoot elders verblijft;en als vermindering:c. alle sterfgevallen van weduwnaars, weduwen, ge-scheiden vrouwen en gehuwde wier echtgenoot eldersverblijft;d. alle vertrek van categorieen sub b.Het leek mij wel van belang dit resultaat bekend temaken.Binnenkolonisatie in Limburgdoor Ir. J. H. Froger, leider, en Drs.P. C. H. Aerts, ambtenaar van denLimburgschen StreekplannendienstHet vraagstuk der binnenkolonisatie, hetwelk in de le-denvergadering van het Nederlandsch Instituut voorVolkshuisvesting en Stedebouw in Maart 1935, zoowelin de uitgebrachte praeadviezen, als in de discussiesdaaromtrent een diepgaande behandehng genoot endaarbij een ruime belangstelling oogstte, werd onmid-dellijk na den aanvang der werkzaamheden door de''''"^f^^VOORBETERE6tVA^^^*'''BEHANGSELPAPIERFABRIEK VAN RATH & DOODEHEEFVER N.V.BHHmKFHet wallboard met de drie asphalt-lagen,waardoor volkomen vochtbestendigheidverkregen wordt. ,,BITUMIT" is uitmun-tend geschikt voor binnenbekleeding vanvochtige muren, plafondbekleeding enonderlaag onder linoleum.Een monster met beschrijving wordt U gaarneop verzoek toegezonden.REPPEL's Agentuur in BouwmaterialenMoiseltrap 5a -- ROTTERDAM -- Telefoon 15436CENTRALE VERWARMINGNV.GEVEKE.C9AMSTERDAM?OLIESTOOK-INSTALLATIESVENTILATIE-INRICHTINGENWARMWATERVOORZIENINGi^.V. FOL.TU AMSTERDAMRapenburg 29 - Telefoon 43942Asbestona Hardboard Houtvezel enz.^laatmateriaalW. SLOTBOOM 8c ZOOMBAZARSTRAAT 1 - DEN HAAGIngenieursbureau voor Centrale VerwarmingPLAFOND-VERWARMING - OLIESTOOK-INSTALLATIESCENTRALE VERWARMING VOOR KLEINE WONINGENFa. EMILE SANDERSAlex. Boersstraat 21 Amsterdam-Z Telef. 23428SPECIALITEIT:pi%-PRISMATISCHETegels en Bouwsteenenin blank of gekleurdHALF-KRISTALNEDERLANDSCH fabrikaatRuim 24.000 van deze HALF-KRISTALJ Tegels werden in de onder- en schakel-stations der thans geelectrificeerde200 X 200 X 45 m/m. 'y"^" ^^^ ^^'^- Spoorwegen toegepastS.WIERSMA * AmsterdamEleciroiechnisch InsiallaieurCooperatiehof 2 Telefoon 20405Installateur van diverse WoiiingbouwvereenigingenErkend door G. E.W. AmsterdamN.V- IJZERHANDELGEBR, VAN CAMPENBROERSTRAAT 53 NIJMEGENZENDT ONS UW AANVRAGEN VOORHANG- EN SLUITWERKAMSTERDAMSCHEZUIVERINGSDIENST yyKantoor: Kleine Wittenburgerstr. 49a, AMSTERDAMACTIEF"TELEFOON 50829TECHNISCH LEIDER J. ROOZE,v.h. Ambtenaar der Gem. Geneeskundige enGezondheidsdienstSPECIAAL IN HET VERDELGEN VANWANDLUIZEN, KAKKERLAKKEN, ENZ.CARBOLINEUM,Jenco Extra"Voldoet am de hoogste dschenwordl op analyse geleverd.TENCOLINEUM' De betere kleurcarbolineum, 14prachtige kleuren.TENCOFIX(Betonbescherming bitumineus)N.V. Teerproducten-industrie TOUWEN & CoVierwindenstraat 17 AmsterdamTelefoon 46275-45393 - Opgericht 1885HANG- EN SLUITWERKZOOALS ARTIKELEN VOOR HET BINNENHUISVINDT U IN ONGEeVENAARDE KWALITEIT ENUITVOERING IN DE MONSTERKAMER VANVERKOOP DOOR DENGOEDEN IJZERHANDELA.ZIERLEYNDR. NOLENSLAAN 5AMERSFOORTBRAAT -Plaat- en SmeedwerkBRAATGLASROEDENNIBRAGLASROEDENVENTILATIEKAPPENPLAAT- EN PERSWERKENSCHEEPSLUCHTKAPPENMetalen RamenRAMEN EN DEUREN VAN STAAL,BRONS EN ANDERE METALENWINKELPUIENGEPERSTE STALENDEURKOZIJNENMAGAZIJNSTELLINGENRAMEN VAN SCHOKBETONELFTCentrale VerwarmingCENTRALE VERWARMINGEN AANVERWANTEINSTALLATIESVOLAUTOMATISCHEOLIESTOOKINRICHTINGENVOLGENS EIGEN CONSTRUCTIE4000 UITGEVOERDE INSTALLATIESLoonschoopeerinrichtingStreekplanorganisaties in Limburg aan de orde gesteld.Het vraagstuk doet zich echter vooral in Midden- enNoord-Limburg in een andere schakeering voor dan inde vraagstelling der praeadviezen door het Instituut aande orde was gesteld. Daarin immers werd op de eersteplaats gedacht aan de mogelijkheid tot het stichten vanland- en tuinbouwkolonies voor industriearbeiders. Inhet midden en het noorden der provincie Limburg, waarde bevolking in hoofdzaak den landbouw beoefent, hadzich reeds lang de behoefte doen gevoelen aan uitbrei-ding der bestaans- en vestigingsmogehjkheden ten plat-telande; daar is het groote probleem: hoe kan de stich-ting van nieuwe boerderijen ten behoeve der jongeboeren van de streek bevorderd worden.De urgentie van dit probleem wortelt in het bevolkings-vraagstuk.Vanuit de Midden- en Noord-Limburgsche landbouw-streek, wier bevolking tot de vruchtbaarste des landsbehoort, gaat sinds jaren her een continue trek van be-woners, die op eigen bodem geenbestaan kunnenvinden,naar het buitenland, naar de mijnstreek en naar de stad.In den laatsten tijd, nu het buitenland slechts weinigmogelijkheden meer biedt voor emigratie, nu de in-dustrieele bevolkingscentra zelf voldoende arbeidskrach-ten leveren voor de industrie, en nu de verstedelijkingder bevolking zoo sterk afneemt, is het bevolkingsvraag-stuk voor het platteland nog dringender geworden, voor-al in deze streken waar de vruchtbaarheid der bevolkinghoog blijft, de sterfte tengevolge van betere hygienischeverzorging tot normale verhoudingen is teruggebrachten aldus het jaarlijksche geboorte-overschot regelmatighet getal van 20 per 1000 zielen overschrijdt. De vol-gende cijfers toonen de hooge vruchtbaarheid der be-volking aan: terwijl in de 4-jarige periode 1929-^1932per jaar en per 1000 gehuwde vrouwen in Nederlandgemiddeld 115 wettige kinderen geboren werden, wasdit aantal voor Limburg 168, doch voor de Peelstreekrond 215, ongeveer het dubbele van het cijfer voorNederland.Binnetikolonisatie, een begrip, dat in zijn algemeenheidinhoudt de verspreiding der menschelijke nederzettin-gen binnenlandwaarts, kan ook plaats hebben door hetverschaffen van aanvullende of vervangende bestaans-middeilen aan de industrieele arbeidersbevolking in denvorm van het beschikbaar stellen van woningen met eenstuk grond voor akker- of tuinbouw. Ook deze vormvan binnenkolonisatie wordt door de Streekplanorgani-satieslin Limburg overwogen, doch uit den aard der zaakmeer in de nabijheid van de bevolkingscentra van hetindustrieele Zuid-Limburg. Deze schakeering van hetvraagstuk, de kolonisatie aan den stadrand of de stich-ting van tuindorpen, is in Limburg niet zoo urgent alsde zooeven genoemde, vooral nu zelfs de wederom op-levende mijnindustrie geen uitbreiding van het aantalarbeiders tengevolge blijkt te hebben en derhalve ookgeen vergrooting van de woonbehoefte.Tegen de binnenkolonisatie, vooral tegen de uitbreidingvan het landbouwareaal, wordt meermalen het bezwaargeopperd, dat de bevordering daarvan uit het oogpuntvan nationale economie niet te verantwoorden zou zijn,daar er reeds een overvloed aan landbouwvoortbreng-selen zou bestaan. Deze opvatting geeft echter blijk vanonvoldoende onderscheiding. Het apparaat der land-bouwvoortbrenging in Nederland draagt sterk het ge-mengde karakter, waarbij men de zgn. veredelingspro-ductie d.i. de voortbrenging van zuivel, eieren, vleeschenz. goed dient te onderscheiden van den akkerbouw.Nu lijdt zeer zeker de veredelingsproductie de laatstejaren aan een overmatigen uitgroei met een prijsdruk-kende overproductie als gevolg van de belemmering vanden handel met het buitenland; de akkerbouw daarente-gen biedt ook uit het oogpunt van nationale economienog goede mogelijkheden in den verbouw van granen,waaraan in Nederland een groot tekort bestaat en waar-van jaarlijks nog voor een bedrag van rond 100 millioengulden, hoofdzakelijk uit Zuid-Amerika moet wordeningevoerd.De mogelijkheden der binnenkolonisatie, in den zin vanverruiming der bestaans- en vestigingsmogehjkhedenvoor de jonge boeren in Midden- en Noord-Limburgzijn velerlei en houden verband met de economisch-geografische structuur der streek. In het LimburgschePeelgebied kunnen nog eenige duizenden hectaren heide-en veengrond van uitstekende kwaliteit, na ontwatering,nivelleering en ontginning, geschikt worden gemaakt voorstichting van nieuwe boerderijen. In Midden-Limburg,waar tengevolge van de versnippering der vroegere,,gemeyntegronden" in handen van vele particulieren,de ontginning op ongeordende wijze tot diep in het bin-nenland is doorgedrongen, zal wettelijke ruilverkavelingwellicht de eenige vorm zijn om intensiveering van hetbodemgebruik mogelijk te maken en daardoor verrui-ming der vestigingsmogehjkheden tot stand te brengen.Doch overal in Midden- en Noord-Limburg zal eennet van nieuwe wegen de ontoegankelijke gebieden moe-ten ontsluiten en dienstbaar maken voor een doelmatigbodemgebruik. Op verschillende punten zullen nieuwebevolkingsgroepeeringen ontstaan, in wier middelpuntenparochiecentra zullen worden gesticht met kerk, schoolen vereenigingsgebouwen. Ook aan het behoud vaneenige natuurreservaten en aan de verhooging van deschoonheid van het cultuurlandschap zal in ruime mateaandacht worden geschonken.Sinds de instelling der Streekplanorganisaties op grond-slag der Woningwet wordt er in Limburg doelbewustnaar gestreefd de ontwikkeling van het bodemgebruik inde toekomst op geordende wijze te doen geschieden.Zoo heeft ook voor de ontginning der woeste grondenin de Peel in Noord- en Midden-Limburg, de Limburg-sche Streekplannendienst, in samenwerking met de zgn.,,Commissies voor Binnenkolonisatie" en met vele des-kundige instanties, plannen ontworpen met wier uitvoe-ring thans een begin is gemaakt.Om de uitvoering van deze plannen te vergemakkelijkenwerd in April van 1937 een stichting ,,Binnenkolonisa-tie" in het leven geroepen, die zich de uitbreiding vande bestaans- en vestigingsmogehjkheden ten plattelandein de geheele provincie Limburg ten doel stelt. De Stich-ting heeft haar activiteit aangevangen door de uitvoe-ring voor te bereiden van een gedeelte van het Voorloo-pig Peelplan, hetwelk door den Limburgschen Streek-plannendienst is ontworpen en door de Commissie voorBinnenkolonisatie in het Streekplan Noord-Limburgwerd aanvaard. De opzet is om de ontginning in gedeel-Artikelen109Artikelen ten uit te voeren en wel volgens een vast stramien, zoo-dat iedere gedeeltelijke uitvoering past in het uiteinde-lijke Peelplan, dat thans reeds in groote lijnen gereed is.Het eerste gedeeltelijke plan, omvattende ongeveer 400ha woeste gronden onder de gemeente Sevenum, wordtin werkverschaffing uitgevoerd, onder dagelijksche lei-ding van de N.V. Grontmij te Zwolle. De Minister vanSociale Zaken heeft zich bereid verklaard aan de uit-voering in werkverschaffing van dit werk een subsidiete verleenen van 100% in de arbeidsloonen.Aldus biedt de Peelontginning twee groote sociale eneconomische voordeelen. Vooreerst wordt aan vele jon-ge boeren uit de streek de mogelijkheid geschonken omop rendabele basis een bedrijf te stichten, doch boven-dien biedt deze ontginning een dankbaar object vanwerkverschaffing voor de werkloozen der industrie-plaatsen in de omgeving. Daarenboven stelt zij de mo-gelijkheid open van werkverruiming in het bouwvak enaanverwante bedrijfstakken. Waar de bodem in dePeelstreek uitstekend geschikt is voor den verbouw vangranen, zullen de bedrijven in hoofdzaak op den akker-bouw worden ingesteld, waardoor tevens een conflictwordt vermeden met de eischen, welke in algemeeneconomisch opzicht voor het uitvoeren van openbarewerken moeten worden gesteld.Het is echter niet de bedoeling de geheele uitgestrektePeelvlakte tot cultuurland te herscheppen; ook aan hetbehoud van natuurruimten van voldoende grootte zalaandacht worden besteed, om het nageslacht nog iets tekunnen overgeven van die barre, woeste uitgestrektheidvan veen- en heidevelden, die in eeuwenlange verla-tenheid aan zich zelve waren overgelaten.Zoo zal de streekplanorganisatie in Limburg, in samen-werking met de verschillende belanghebbende instanties,een zegenrijke activiteit voor de streek kunnen ont-plooien.Voor de oplossing van het bevolkingsvraagstuk tenplattelande -- in zijn geheel -- zal de binnenkolonisatieechter slechts in bescheiden mate kunnen bijdragen, zoo-dat de verwachtingen daaromtrent niet al te hoog moe-ten worden gespannen. Zij kan wel een onderdeelvormen van een doelbewuste bevolkingspolitiek, dochom den nood der plattelandsbevolking -- den continuentrek der bewoners ---, die door gebrek aan bestaansmo-gelijkheden uit de streek worden verdreven, te stuiten,zal, met instandhouding en bevordering der ongereptelevenshouding, een reeks van maatregelen noodig zijn,die tezamen beoogen de mogelijkheden, welke de bodemin zich bergt, aan de aanwezige en komende bevolkingdienstbaar te maken.Om deze bevolkingspolitiek resultaat te doen hebben zaldoelbewust moeten worden onderzocht welke economi-sche mogelijkheden in een streek aanwezig zijn en zullende Overheid en de instanties op sociaal-economisch ge-bied, voor zooveel noodig die maatregelen moeten tref-fen, die deze eventueele mogelijkheden zullen activeeren.Het algemeene bebouwingsplan voor Berlijndoor Dr. Ing. P. RappaportWij hebben reeds vroeger mededeelingen gedaan overhet ,,Gesetz iiber die Neugestaltung deutscher Stadte".i)Deze wet bevat voorzieningen voor een vergaande in-schakeling van het Rijk in de ontwikkeling van de groo-te steden van Duitschland en geeft bizondere voor-schriften omtrent de bebouwing in afzonderlijke stedenen de hiertoe vereischte onteigeningen. De steden wer-den wel niet met name genoemd; maar het was bekenddat de wet in de eerste plaats zou slaan op Berlijn,Miinchen, Hamburg en Neurenberg. Thans heeft devoor Berlijn benoemde ,,Generalbauinspektor" de fun-damenteele plannen voor de hervorming van Groot-Berlijn bekend gemaakt. Het gaat om stedebouwkundigeplannen van zulk een omvattende stoutheid, als tot dus-ver in den stedebouw niet dikwijls voorgekomen zijn.De tijd voor de uitvoering zelfs van de eerste elemen-taire veranderingen is op 12 jaar bepaald.Volgens deze plannen zal Berlijn door een geweldigwegenkruis doorsneden worden, (Afb. 1) De Oost-West-as van dit kruis is in haar Westelijk deel van hetuiterste Grunewald tot de voorstad Charlottenburgreeds in de laatste 40 jaar voltooid, het aansluitendedeel dwars door den Tiergarten tot den BrandenburgerTor en de straat ,,Unter den Linden" zijn aanwezig enbehoeven slechts verbreed te worden. Daarentegenmoet de verlenging naar het Oosten door de engsteoude stad van Berlijn en verder door de Oostelijke enNoord-Oostelijke voorsteden nog eerst geschapen wor-den.Belangrijker en geheel nieuw is de ontworpen Nocrd-Zuid-as. (Afb. 2) Zij begint in het Zuiden bij een nieuwreusachtig spoorwegstation voor het verkeer over groo-teren afstand, loopt over het emplacement van het An-halter en Potsdammer station, dat komt te vervallen,doorbreekt de woon- en zakenwijk ten Westen van denPotsdamer Platz, gaat voorbij het gebouw van denRijksdag en eindigt Noordelijk van het tegenwoordigeLehrter station bij een groot nieuw aan te leggen Noor-der station. Beide assen zullen buiten de huidige be-bouwde kern ver in het buitengebied verlengd wordenen ten slotte aan den grooten ring der Rijksautowegeneindigen, die Berlijn in een reuzen-ovaal omgeeft. DeOost-West-as zal een lengte van 383/2 km en de Noord-Zuid-as een lengte van rond 50 km verkrijgen. Hetlaatste is dus meer dan de afstand van Amsterdam totUtrecht. De Noord-Zuid-as zal tusschen het nieuweZuiderstation en de kruising met de Oost-West-as eenzeer bizondere ontwikkeling in de breedte verkrijgen eneen als eenheid opgevatte monumentale bebouwing. Aanhet kruispunt, waar nu de Siegessaule staat, zal een ge-weldige vergaderingshal verrijzen met een vergader-plein ervoor, dat 1 millioen deelnemers gelegenheid totopstellen zal bieden.Wil men zich een begrip maken van de stoutheid vandeze doorbraken, dan kan men zich bijv. voorstel-len dat in Amsterdam van het Tolhuis Noordelijk vanhet 1} tot het Rijksmuseum een nieuwe Noord-Zuidstraat geschapen zou worden dwars over het Centraal-110 1) Vgl. 18e jaargang, No. 11, November 1937.Station, de Beurs en de Kalverstraat en evenzoo eennieuwe Oost-Weststraat bijv. van het Oosterpark overhet Waterlooplein en de Beurs naar het Westerpark.Echter overtreffen de nieuwe Berlijnsche doorbraken inomvang zulk een voor Amsterdam bijna ondenkbaarproject nog zeer.Dit wegenkruis vooronderstelt, gelijk boven aangege-ven, dat de hoofdstations van Berlijn, het Anhalter enhet Potsdammer station in het Zuiden, zoowel als hetLehrter station in het Noorden verdwijnen; hun em-placementen leveren de hoofdterreinen voor de nieuwewegtrace's. Dit brengt een volkomen wijziging van deRijksspoorweginrichtingen te weeg, op een wijze, zooalsmen zich nauweHjks geweldiger kan voorstellen. Inplaats van het Anhalter en Potsdammer station wordt hetvermelde nieuwe Zuiderstation in de nabijheid van deluchthaven Tempelhof geschapen, in plaats van hetLehrter station het nieuwe Noorderstation, dat ook hetverkeer over grooteren afstand van den stadsspoorwegen van het Stettiner station opneemt. Het is nuttelooserover te twisten of zulk een verplaatsing naar buitenvan centrale stations juist en doelmatig is. Men kanhet voedingsverkeer slechts beoordeelen naar den tijd,dien de normale reiziger noodig heeft om het station tebereiken. Dat veroorzaakte voor den voetganger vroe-ger van het centrum van Berlijn, bijv. van het Schloss,tot de bovengenoemde stations een tijdverhes van rond25 minuten. Daar men tegenwoordig met autobus,vrachtauto, ondergrondschen spoorweg e.d. als normalevervoermiddelen rekening moet houden, bedraagt hettijdverlies voor denzelfden afstand van het Schloss totde nieuwe stations ten hoogste de helft van vroeger, mis-schien nog minder. Bij den ruimen opzet van de nieuweplannen ware het misschien te overwegen geweest ennog te overwegen de beide nieuwe stations door eenook voor treinen voor grootere trajecten geschikten on-dergrondschen spoorweg te verbinden.BehalVe deze fundamenteele verandering met betrek-king tot de spoorwegen en de schepping van het hoofd-assenkruis hebben de verdere verkeerstechnische plan-nen in de eerste plaats betrekking op het tot stand bren-gen -^^an groote ringwegen en uitvalswegen. Deze zijnbizonder noodig, daar Berlijn niet een onder een regimeontstdne stad is, die een eenheid vormt. Nog omstreekshet begin van deze eeuw waren de bekende voorsteden,zooals Charlottenburg, Schoneberg, Wilmersdorf enz.zelfst^ndige groote steden van 100.000 inwoners enmeer, met eigen bestuur en eigen ontwikkehng. Uit dienhoofde ontbreekt het in Berlijn aan verbindingen vande vrijegere voorsteden onderling; en de radiale wegenzijn, zooals in bijna alle groote steden, tegen het huidigeverkeer niet meer opgewassen. Hier grijpt het plan re-gelenc^ in in den chaos van de in de laatste 50 jaarreusachtig snel, maar zonder plan, gegroeide stad. Hetnieuwe plan volstaat niet met de op zich zelf reedsreusachtige oppervlakte van het huidige Groot-Berlijn,dat reeds bijna 900 km^ omvat, maar grijpt ver daar-over heen in het gebied der omringende steden.Welk een tegenstelling tot de vroegere stedebouw-zorgen van Berlijn! Tot dusver hield men zich bijna uit-sluitend bezig met eenige doorbraken in het centrum.Met de grootste heftigheid werd sedert jaren daarovergestrejden -- de debatten en opstellen daarover zijn. JEisenia^mei-Stra/Sm.U^^ArtikelcnAfb. 1. Het verkeerswegenschema van het nieuwe plan voor Berlijnlegio --, of deze of gene straat in de oude stad door deMinistergarten naar den Tiergarten doorgebrokenmoest worden, of de straat van het nieuwe gebouw vande Rijksbank naar het Oosten te verlengen ware enz.Al deze vragen in de oude stad behandelt het nieuweplan ook; maar zij treden volkomen op den achtergrondAfb. 2. Het beloop van de Noord-Zuidas. 1. Noorderstation; 2.Konigsplatz met vergadergebouw; 3. Oostelijke doorbraak van deOost-Weststraat; 4. Vossstrasse en Wilhelmstrasse; 5. Vrijkomendterrein van het Potsdammer en Anhalter station; 6. LuchthavenTempelhof.IllArtikelcnvergeleken bij het reusachtige plan voor het geheel vanGroot-Berlijn.Het plan ziet volkomen terecht het wezenlijke van zijnopgave in de verdeeling van het geheele oppervlak en inde structuur van het geheele gebied voor doeleindenvan het veckeer, van het wonen, van de Industrie, vande ontspanning. Ofschoon de tot dusver verschenen pu-blicaties nog niet toereikend zijn voor een diepgaandeuiteenzetting, zoo schijnt het plan hierin toch een me-nigte van nieuwe gezichtspunten te verwerkelijken, diede stedebouw van onze dagen met verlangen nastreeft.Van een geheel nieuw karakter is in zuiver architecto-nisch opzicht de gedwongen concentratie van alle grootegebouwen op weinige belangrijke plaatsen in het bizon-der aan de nieuwe Noord-Zuid-as.Deze dwang om op bepaalde plaatsen te bouwen, heeftniet bijv. alleen betrekking op staats- en gemeentelijkegebouwen, maar ook op de gebouwen van het vrije be-drijfsleven. Overigens wil men met de vergroote breedteder nieuwe straten ook de schaal der gebouwen ver-grooten.Ten aanzien van de vraag van de zone-indeeling inzakede bouwhoogte beoogt het plan zoo te werk te gaandat aan de hoofdstraten en in het bereik daarvan, d.w.z.dus aan de naaste parallel- en dwarsstraten de hoogebebouwing van de binnenstad ook in de buitengebiedenaangehouden wordt. Deze gedachte is in haar consc-quentie en stoutheid bizondere aandacht waard. Hetbeeld van andere groote steden, die van een zeer hoogbebouwd centrum uit steeds lager worden om dan inde buitengebieden in ruime oppervlakten van lage be-bouwing over te gaan, zal zich dus niet herhalen. Datis namelijk ruimtelijk, verkeerstechnisch en woontech-nisch niet zonder bezwaar. Want in de cerste plaatsstrekt zich zulk een groote stad -- men behoeft slechtsaan het voorbeeld van Londen te denken -- veel te veruit. Verder wordt echter bij zulk een afdaling van debebouwing volstrekt niet in voldoende mate gebruikgemaakt van de verkeersmiddelen. De eischen van de-genen, die in de buitenwijken wonen, ten aanzien vaneen veelvuldiger en gelijkmatiger verkeersverbindinglaten zich financieel eenvoudig niet doorvoeren. Tenslotte echter zijn er juist in de groote stad breede bevol-kingskringen, welken aan wonen in een eengezinshuisof iets dergelijks minder gelegen is en die liever allecomfort van grootsteedsche woonhuizen met lift, cen-trale verwarming en warmwatervoorziening genietenzouden. Aan al deze wenschen kan door de voorgesteldeuitbreiding van de hooge bebouwing in de buitenwijkenvoldaan worden. Dat sluit vanzelfsprekend niet uit datbuiten tusschen deze radiale zones van hoogen bouw degebruikelijke woongebieden met open en ruime bebou-wing ingericht kunnen worden. Deze districten metlagen bouw echter nemen deel aan de verkeersverbete-ring door de zones van hoogen bouw. De aantallennieuw te bouwen woningen, die het plan voorziet, zijnbijna ongeloofelijk groot. 20.000 nieuwe woningen zul-len tot nader order elk jaar in Berlijn verrijzen !Bijna belangrijker voor de structuur van de groote stadis de planmatige groepeering van de groengebieden vanden uitersten rand van de stad tot tegen het centrum.Met dezen eisch houdt het algemeene bebouwingsplanvan Berlijn in de ruimste mate rekening. De grooteilZ boschgebieden rondom de stad moeten behouden blij-ven en van daaruit zullen zich stadsparken, sportveldenen speelterreinen tot diep in het binnenste van de staduitstrekken. Voor alles moeten toereikende volkstuineningericht worden en wel niet op toekomstige bouwter-reinen. Het is nog slechts weinige jaren geleden dat ergroote opwinding in de Duitsche en buitenlandsche vak-pers was, omdat een klein groenstrookje in het Westenvan Berlijn, dat in een plan opgenomen was, niet vrij-gehouden kon worden, aangezien de opperste rechtban-ken van Pruisen en van het Rijk een onmiddellijkenaankoop van het terrein tegen volledige bouwgrond-waarde door de stad Berlijn eischten. Dat bij zulk eenwettelijken grondslag het scheppen van een groenplannoch in Berlijn noch in andere steden mogelijk was, be-hoeft nauwelijks nadere verduidelijking. Nu wordt voorhet eerst in Berlijn een net van groengebieden niet alleenop papier ontworpen, maar praktisch uitgevoerd. Al dezegedachtengangen van de woontechnische" en recreatie-technische vormgeving zijn nog niet in hun details gepu-bliceerd; maar de stedebouwers kunnen overtuigd zijndat ook deze vragen meer en meer doorgewerkt en ingrooten stijl aangepakt zullen worden. Hierover zallater nog meer medegedeeld kunnen worden.Het is zonder twijfel een werk van de grootste koenheidom een groote stad als Berlijn in dezen zin ruimtelijk tehervormen. Men kan een oogenblik verleid zijn zich afte vragen of niet het scheppen van een nieuwe hoofd-stad doelmatiger ware, zooals b.v. Australie en Turkijegedaan hebben en zooals ten slotte ook indertijd in deVereenigde Staten van Noord-Amerika gebeurd is.Doch hiertegen pleiten in een zoo dicht bewoond enhistorisch zoo rijk gebied als Duitschland toch zeer aan-merkelijke overwegingen. Vooreerst is de ligging vanBerlijn, inzonderheid in zijn ruimere omgeving, van zeld-zame schoonheid; er laat zich nauwelijks een gebied aan-wijzen, dat tusschen een groep van zulke wouden, me-ren en hoogten genesteld ligt. En verder hangt bij eenstaat van de ontwikkeling van Pruisen-Duitschlandtoch teveel aan grond en menschen gebonden traditieaan de plaats van de hoofdstad. Zeker zullen twijfelaarsook verder aanvoeren dat men de ontwikkeling van eengroote stad niet naar het plan van een mensch plotselingvoor een zoo langen termijn vastleggen mag. Ook ditargument is van het standpunt van den stedebouwer envan het standpunt van de artistieke toekomst niet juist.Het spreekt vanzelf dat niet deze eene architect bijv. destraten en huizen gezamenlijk moet bouwen, die hij indit plan projecteert. Maar als niet althans de grond-voorwaarden voor een monumentale en doelbewuste ar-chitectuur door het algemeene bebouwingsplan gescha-pen worden, dan ontbreekt de voorwaarde voor de vrijeontplooiing van het toekomstige artistieke willen. Menkan slechts hopen dat er architecten en kunstenaars tevinden zullen zijn, die berekend zijn voor de leidendegedachte van dit reuzenplan en die de verdcrc uitwer-king ervan in den zin van werkelijken artistieken voor-uitgang kunnen bewerkstelligen.,,Last not least" moet ook de vraag van de economievan zulk een reuzenplan gesteld worden. Stedebouw inden ruimeren zin is nooit een onmiddellijk rendeerendeaangelegenheid. Andererzijds is stedebouw de vormge-ving van onze woontechnische, verkeerstechnische enindustrieele eischen. Inzooverre moet een plan de econo-mische grenzen, gemeten aan het financieele totale in-komen in acht nemen. Of echter stedebouwkundigemaatregelen, die in te groote angstvalligheid alleen metde behoeften van de allernaaste jaren rekening houden,werkelijk economisch de meest juiste zijn, behoeft zekerernstige overweging. Derhalve ook van economischstandpunt kunnen zulke maatregelen, die op zeer langentermijn tot aan de grenzen van het menschelijk beoor-deelen de stedebouwkundige problemen regelen, de doel-matigste en de meest juiste zijn. Andererzijds echter isstedebouw de uitdrukking van de algeheele cultureeletijdsopvatting en van het willen van een volk. Dringtdeze wil tot de daad, tot de monumentale vormgeving,dan kan men onmogehjk op elk punt de vraag van hetzuiver-economische op den voorgrond schuiven. Dus alssterkste uitdrukking van den tijd, als machtige wilsma-nifestatie der versterking, als steenen document van hetnieuwe tijdvak kan men de hoofdstad van het land zekereen ver boven het alledaagsche uitgaand aspect geven.Eerst de naaste en de daaropvolgende generatie zullenmoeten bewijzen of zij dit kader van een groot strevenen een nieuw opbouwenden tijd werkelijk waardig zijn.BinnenlandVoorschotten en bijdragen ten behoeve van krot-opruiming ten plattelande ingevolge de circulai-res 5433 M. van 25 Juli 1927, 4109 M. van 7 Juni1928 en 8021 M. van 6 November 1930Bij Ministerieele beschikking ;van 3 Januari 1938, No. 11546 M I., Afd. V., is aan ]. v. d. Bergte Den Dungen voor den bouw van een woning een voorschotverleend van f 1370.^, tegen een rente van 4%, terug te betalenin 30 a4nuiteiten van 5.784% en een bijdrage van f 252.-- ;van 28 Maart 1938, No. 2104 M I., Afd. V., is aan J. van Daal teOploo c.a. voor den bouw van een woning een voorschot verleendvan f 1573.--, tegen een rente van 4%, terug te betalen in 30 an-nuiteiten van 5.784% en een bijdrage van f 250.^--;van 28 Maart 1938, No. 1630 M I., Afd. V., is aan J. Dijkstra teKortezWaag (gem. Opsterland) voor den bouw van een woning eenvoorschijjt verleend van f 1975.--, tegen een rente van 4%, terug tebetalen in 30 annuiteiten van 5.784% en een bijdrage van f 88.75.AanbestedingenUit ,,De Aannemer" van 12 April 1938 nemen wij het volgendeoverzicht over van de aanbestede werken gedurende het eerstekwartaal 1938 :Particulieren f 12.249.260Gemeentebesturen ,, 4.772.932Woningbouwvereenigingen 997.662Rijk- en Polderbesturen 7.459.098Ned. Spoorwegen 687.383f 26.166.335Gemeenschappelijk bouw- en woningtoezichtUit het onlangs verschenen Gemeentelijk Jaarboek voor Nederlandblijkt dat in het vorige jaar de afdeeling Noord Holland van deVereeniging van Nederlandsche Gemeenten zeer veel gedaan heeftter bevordering van de samenwerking van gemeenten op het gebiedvan het bouw- en woningtoezicht. De aan de gemeentebesturen hier-over gezonden circulaires en ontwerpen van gemeenschappelijkeregelingen werden door twee bestuursleden in eenige vergaderingenvan groepen van gemeenten toegelicht en in elk van deze groepenwerd een commissie gevormd cm de mogelijkheden van samenwer-king nader te onderzoeken. Een tweetal gemeenschappelijke rege-lingen werd gesloten en door Gedeputeerde Staten goedgekeurd,namelijk een voor de gemeenten Broek in Waterland, Katwoude,Ilpendam, Marken en Monnikendam, de andere voor de gemeentenSchellinkhout, Venhuizen en Wijdenes.lets minder ver gevorderd is de voorbereiding van een zelfde rege-ling tusschen de gemeenten Bovenkarspel, Grootebroek, Hoogkarspelen Westwoud. Deze regehng is reeds getroffen, maar heeft nogeenig bezwaar ontmoet bij Gedeputeerde Staten, waaraan evenwelwaarschijnlijk tegemoet kan worden gekomen.In twee andere gevallen, voor den ,,kop" van de provincie en vooreen gebied met Heerhugowaard als centrum, kon de ontworpen rege-ling niet tot uitvoering komen, omdat sommige gemeenten afzijdigbleven.Woningtelling EnschedeEen bericht in het Overijselsch Dagblad bevat de mededeeling dat inde gemeente Enschede onlangs een woning- en gezinstelling is ge-houden, waarbij gebruik is gemaakt van de medewerking van werk-looze intellectueelen.Hinderwetverordening UtrechtB. en W. van Utrecht wijzen er den Raad op dat in hun gemeente,behoudens voor bepaalde gedeelten vastgestelde uitbreidingsplannenmet bebouwingsvoorschriften en voorschriften ex art. 43 der Wo-ningwet, in het algemeen slechts een geringe mogelijkheid bestaat omop een bepaalde plaats ongewenschte bedrijven te weren. Om hierinte voorzien stellen zij voor, over te gaan tot de vaststelling van eenverordening ex art. 4, 2? der Hinderwet. Ingevolge deze verordeningzullen worden onderscheiden een industriewijk, gemengde wijken enwoonwijken.Werkverschaffing en natuurbeschermingIn een op 9 April 1.1. gehouden vergadering van de Contact-com-missie inzake Natuurbescherming, waartoe een ruimere kring vanbelangstellenden was uitgenoodigd, is het vraagstuk van het behoudvan natuurruimten in verband met de ontginning in werkverschaffingvan verschillende kanten toegelicht. De Heer Mr. Dr. E. J. Beumerbehandelde de algemeene en economische zijden van het vraagstuk,de Heer H. P. J. Bloemers de recreatieve en esthetische en de HeerProf. Dr. Th. Weevers de natuurwetenschappelijke zijde.BuitenlandDenemarkenWoningpolitiekBij den Deenschen Rijksdag zijn op 8 Februari 1.1. drie wetsont-werpen aanhangig gemaakt, die de volkshuisvesting raken. Enkelebizonderheden over deze ontwerpen, ontleend aan Informations So-ciales van 28 Maart 1938, mogen hier volgen. Het eerste wetsont-werp bedoelt de bevordering van den woningbouw en de verminde-ring van de huur ten behoeve van groote gezinnen met beperkteinkomens. Het stelt tot 1944 een jaarlijksch crediet van 10 millioenkronen beschikbaar voor voorschotten aan gemeenten en vereenigin-gen, benevens een jaarlijksch crediet van 4 millioen kronen speciaalvoor den bouw van kleine eengezinshuizen voor arme gezinnen.De huurverlaging zal worden bekostigd uit een fonds, dat gevormdzal worden uit de opbrengst van de grondbelasting, geheven vanwoningen, die ingevolge deze wet of die van 1933^--1935 inzake denwoningbouw, zijn gebouwd. Het bedrag van de huurverlaging zal 30tot 50% bedragen, naar mate het gezin minder of meer kinderentelt.Een tweede wetsvoorstel strekt tot de verleening van voorschottentegen lage rente tot een maximum van 6 millioen Kronen voor denbouw van goede woningen voor landarbeiders.Ten slotte is een wetsontwerp ingediend, dat beoogt den werkings-duur van de wet inzake de vorming en de uitbreiding van plaatsjeste verlengen.ArtikelenBinncnlandBuitenland113Bfnnland114a13C(J>Pi03touaouw(-(oo>c>-aOx>aItot-i&j'Sjaa?T3elCO>>"lUtoc10>03c0to>03ccto0>CNccajtoctoCNccOJtoato>03aG(0>03cato>D3cCO>Gto>03GGre>03GGre>D3G.S04_1-M>.2*D3>.H;>(Uaia?re>niging ofhtingcnC'S'cSi?5>BI-a30030H03nc1I30J303C:1?003C:1^03c'?3'Sfi-c^131^03c'?3cil"s^-??3-G4Jou-G-o-GuU-GI03G'03C3"a0-0Gaj>'3w"reT3l>30?SD3-G4)Oa2:rr-1^0.03-C'30D3Go='S03G03'303G0QJl4)W>oD3U.SHi0-fcj1c0G0G0G0u'^03G'G00)2CC/200^^wWWw00^inGJgV1310retotorereBaBBBS"ooI1H0oa>3to2C/34>MuCOajN?3met vanle be-. Volks-innen-Gtum en num:ministerieellikking, Afdsvesting, B4)00oaod06odoo'0Os;O.,?pwGw3wJcn^.S
Reacties