Orgaan van het Nederlandsch Instltuut voor Volkshuis-vesting en Stedebouw en van den Nationalen Woningraad,waarin opgenomen de mededeelingen van den Rijks-dienst voor het Nationale Plan, en tevens gewijd aanden WederopbouwApril 1943 24e Jaargang no.Bij de gemeente HAARLEM moet worden vervuldde betrekking vanDIRECTEUR VAN HET BOUW-EN WONINGTOEZICHT, TEVENS DIRECTEURVAN HET GEMEENTELIJK WONINGBEDRIJFGegadigden voor deze betrekking behooren hun verzoek-achrift op gezegeld papier geiteld v66r 1 Mei 1943 terichten tot den Burgemeeiter van Haarlem. Uitvoerigeinlichtingen omtrent opleiding, levensloop en referentienworden daarbij op prijs gesteld.Persoonlijk bezoek uitsluitend na oproeping.*?fDRU^Tit. M952-50452AANNEMERS VAN GROND-,HEI- EN WATERWERKEN,BETON- EN UTILITEITSBOUWI// vi/emTEROTTERDAM/MiUVtiiBCTonKANTOOR:LINGER-PLEINBOUWMIJ.TELERMSaMO?w ? i AN?VERF- & LAKFABRIEKENJACOB MARTENSAMSTERDAM TEL. 87880-87893Schilderwerk zoowel voor oude alsnieuwe muren, voor binnen enbuiten, behoeft niet te stagneeren.WODAN MUURVERFRAMSES MUURVERFZIJN OLIEVRIJE PRODUCTENVRAAGT NADERB INLICHTINGENbbeton-bouw en waterbonwkundlg^e werkenTijdschrift voorVolkshuisvesting enApril 194324e Jaargang No. 4MaandbladStedebouT\^Orgaan van het Nederlandsch Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw en den NationalenWoningraad, Algemeenen Bond van Woningbouwvereenigingen, waarin opgenomen de mede-deelingen van den Rijksdienst voor het Nationale Plan, en tevens gewijd aan den WederopbouwRedactiettfi. P. J. Bloemers, J. Bommer, Jhr. M. J. I. de Jonge van Ellemeet, Ir. L. S. P. Scheffer, Ir. P. Bakker Schut,Mr. J. Vink, Drs. H. van der Weijde, Ir. J. M. A. ZoetmulderMedewerker voor den Wedcropbouwt Dr. Ir. Z. Y. van der Meer, Algemeen Secretaris van den Algemeen Gemachtigdevoor den Wederopbouw en de BouwnijverheidAdres voor Redactie en Abonnemeqten: Lange Voorhout 19, 's Gravenhage, Telefoon 115720Advertenties: Keizersgracht 188, AmsterdamC, Telefoon 49128Officieele mededeelingenNederlandsch InstituutStedebouwkundige kringenOp 19 Maart heeft de technisch-stedebouwkundige kring eenvergadering te Utrecht gehouden. In deze vergadering hieldde Heer Ir. L. H. J. Angenot een lezing over ,,Het ontwerpenvan een industriewijk".Band TijdschriftDe bestelde banden voor ons Tijdschrift zullen waarschijnhjkin de eerste helft van Mei verzonden kunnen worden.De Woningstichting ,,Alinelo" en de verbeteringder Yolkshuisvestingdoor U. Wieringa, Administrateurvan de Woningstichting ,,Almelo"Reeds in het jaar 1913 deed zich de behoefte aan arbeiders-woningen sterk gevoelen; uit een door het gemeentehjk bouw-bureau ingesteld systematisch woningonderzoek kon dit wor-den geconstateerd.Dat het woningvraagstuk in dien tijd zeer urgent was, mogevoorts blijken uit enkele hierbij afgedrukte foto's van krottenen schuurtjes, welke destijds als woning dienst deden.Met het doel, om in dezen zoo langzamerhand onhoudbaargeworden toestand zooveel mogehjk verbetering aan te bren-gen, werd door de gezamenlijke fabrikanten te Almelo eenwoningbouwvereeniging opgericht. Deze vereeniging, waarvande statuten reeds waren goedgekeurd, heeft echter niet ge-werkt, omdat haar bestuur de voorwaarden, welke de Raadvan de inmiddels door de vereeniging der gemeenten Stad enAmbt Almelo ontstane gemeente Almelo aan het verleenenvan een bouwvoorschot aan deze vereeniging meende te moe-ten verbinden, niet wenschte te aanvaarden.Op initiatief van den toenmahgen Burgemeester der gemeenteAlmelo werd daarop een nieuwe neutrale vereeniging gesticht;de Burgemeester was van oordeel, dat het hier een gemeente-belang gold, dat met den grootst mogelijken spoed moestworden aangepakt. Mede ter wille van den spoed werd destichtingsvorm gekozen, omdat men meende dan vlugger engemakkelijker te kunnen werken. De akte van oprichting derstichting werd op 17 Mei 1914 verleden, terwijl de stichtingbij Kon. Besluit van 23 Juli 1914, No. 47 werd toegelaten alsstichting uitsluitend werkzaam in het belang van de verbete-ring der volkshuisvesting.In de acte van oprichting werd bepaald, dat het bestuur derstichting zou bestaan uit vijf leden.Het bestuur begon direct onderhandehngen aan te knoopenomtrent den aankoop van bouwterrein; het had zijn aandachtgevestigd op een terrein, genaamd ,,de Riet", gelegen in deonmiddelhjke nabijheid van de stad. De onderhandehngenliepen vlot en men werd het spoedig eens over den prijs. DeRaad der gemeente maakte evenwel bezwaar tegen den aan-koop van ,,de Riet" door de Stichting, doch was bereid, hetterrein voor de gemeente aan te koopen en het daarna aan deStichting in erfpacht te geven. In dien zin werd besloten.Het bestuur der Stichting kon thans overgaan tot de voorbe-reidende werkzaamheden voor de bebouwing van het terrein,,de Riet". Een prijsvraag werd uitgeschreven voor het makenvan een bebouwingsplan, met het resultaat dat Ir. W. K. deWijs te Enschede met de architectuur van het geheele com-plex werd belast. Op het terrein konden volgens dit plan 770woningen worden gebouwd; het terrein is thans nagenoeg vol-gebouwd en ,,de Riet" mag zeer zeker genoemd worden onderde geslaagde arbeiderswijken in Nederland.Het terrein werd bij gedeelten door de gemeente aan deStichting in erfpacht gegeven. Het eerste complex, bestaandeuit 83 woningen en 2 winkelhuizen, werd op 23 Mei 1917 aan-besteed.Teneinde hierbij ook eenigszins tegemoet te komen aan hetwoninggebrek onder lets beter gesitueerden (lagere ambtena-ren, enz.) werden in dit blok met toestemming der Regeeringeenige woningen van een grooter type opgenomen. Dat er indie jaren ook aan middenstandswoningen groote behoeftebestond bleek al spoedig uit het feit, dat ook hoogere ambte-naren (directeuren en leeraren van onderwijsinrichtingen enhoofden en onderwijzers van lagere scholen, enz.) zich alshuurders kwamen melden.Het bleek dan ook goed gezien van het gemeentebestuur,hierin verbetering te brengen door de stichting van een 32-talz.g. middenstandswoningen.Omstreeks 1918 bleek het niet mogelijk den stijgenden wo-ningnood door middel van den bouw van normale arbeiders-woningen te beteugelen. Daarom besloot het gemeentebestuur-- in navolging van vele andere -- lot den bouw van nood-woningen. Behalve een tiental houten woningen, welke vande Spoorwegen werden overgenomen, werden deze noodwo-ningen geconstrueerd uit een houten geraamte, van buiten envan binnen bekleed met gepleisterd latten weefsel. Hoeweldeze constructie verre van ideaal was, hebben deze noodwo-ningen toch een langen levensduur gehad, een twintigtal vande 124 die in de jaren 1920--1922 werden opgericht, zijnzelfs thans nog in gebruik. Hierbij was de geriefelijke in-deeling, vooral voor gezinnen die weinig woonbeschavinghadden -- t.w. een centraal gelegen woonkamer met daarom-heen gegroepeerd een bijkeuken en twee slaapkamers, dus 49Artikelenalles op den beganen grond -- een gewichtige factor.Deze noodwoningen werden aanvankelijk bewoond doornormale arbeidersgezinnen, doch zoodra de woningnood ietsverminderde, bleken zij uitnemend geschikt voor toepassingvan het zgn. opschuifsysteem, waarover later meer.Op ,,de Riet" volgde het eene complex op het andere en in-middels was de gemeente ook eigenaresse geworden van deKrotwoning destijds bewoond door een gezin van drie personenKrotwoning destijds bewoond door een gezin van tien personenDestijds bewoonde krotwoning50terreinen ,,de Wonde", ,,\Yitvoetenland" en ,,Goossemaat",welke eveneens successieveHjk aan de Stichting in erfpachtwerden gegeven, en zoo zijn door de Woningstichting in denloop der jaren verschillende complexen gebouwd tot eengezamenhjk aantal van 1394 woningen.In de jaren 1930--1940 bleek het niet mogelijk alle gezinnenuit de noodwoningen over te brengen naar de permanentewoningen. De gemeente Almelo ging dan ook over tot denbouw van woningen voor zgn. a-sociale gezinnen, waarvoorde Regeering een huurtoeslag in verband met krotopruimin-gen ad f 0.50 per week verleende. Deze woningen, uitmaken-de drie complexen van resp. 46, 38 en 64 woningen, werdenaan de Stichting in exploitatie gegeven. Ook het toezicht open de inning der huren van de noodwoningen werd aan destichting overgedragen.In October 1919 (de Stichting exploiteerde toen 189 wo-ningen) werd tot de aanstelling van de eerste woninginspec-trice overgegaan. Deze aanstelling werd gevolgd door dieder tweede inspectrice op 1 Januari 1922; het aantal wonin-gen was toen aangegroeid tot 400, ongerekend de 124 nood-woningen.De taak der woninginspectrices is, het bestuur van voorlich^ting te dienen bij het verhuren der woningen en voorts omdoor geregeld woningbezoek het op een nette en zindelijkewijze bewonen van de huizen der Stichting zooveel mogelijkte bevorderen. Tevens zijn de inspectrices verantwoordelijkvoor de inning van de huren, waarin zij worden bijgestaandoor een tweetal huurophalers.Een nauwkeurig onderzoek stellen de woninginspectrices inten huize van alle aanvragers om een woning, terwijl zijvoorts moeten zorg dragen, dat de bepalingen van het huur-reglement in alle opzichten worden nageleefd.Ook hebben de woninginspectrices steeds toezicht uitge-oefend op de noodwoningen der gemeente. En aangezien deinspectrices der Stichting ook het toezicht uitoefenen op dehiervoren reeds genoemde 148 woningen voor krotopruiming,welke de gemeente aan de Stichting in exploitatie heeft gege-ven, wordt door de gemeente in de kosten van het toezichteen som bijgedragen gelijk aan het salaris van de laatst aan-gestelde inspectrice.Hierbij zij nog opgemcrkt, dat de inspectrices ook het toe-zicht uitoefenen op eenige over de gemeente verspreid lig-gende gemeente-woningen, en dat het toezicht op de wonin-gen, voor zoover deze het eigendom der gemeente zijn, uiter-aard meer werk en meer tijd vordert dan dit met de wonin-gen der Stichting het geval is.Een belangrijk element in de woningvoorziening vanwege deStichting vormt het reeds genoemde opschuifsysteem.Bij het verhuren van de in 1918 gereed gekomen woningenwerd nog geen al te strenge selectie toegepast, omdat het be-stuur der Stichting de hoop koesterde, door de minder netteWoningtype zonder mooie kamer, verbeterdBeneden: kamer, keuken, bijkeuken. Boven: drie slaapkamers. Dit typewoning is om zijn practische indeeling zeer in trek.In de hoogjaren der middeleeuwen,toen de machtsverschuivingen enhotsing&n der krachten eindelijfetot rust waren gekomen, hloeidede hathedraalhouw jnachtig op eniereihte de projane houwhunst eentmgekende hoogte. De homvnijver'heid staat thans wederom. aanden vooravond van een grooteoplemng; odk nu houden de^,houwhedrijven -geltjJsde..Bmiwhut''ten'vanweleer- zich gereed cnn.vol-gens de plannen van onze vele be-kwamearchitecten,letterlijk tegaanophouwen! Bouwhedrijf Lavahijezal (mder de heste van deze een be-langrijfee plaats tnnemen. Met zijnstaf van zeer deskundige medewex'kers, hereidt Bouvubedrijf Lava-leije zich voor op een groote tadk.mmuLIiATAIXM^fROTTERDAM - MIDDELBURGbruyiizeel?(^?eii/a^e//eae'n -uteet e-^z i^i^e/e^ /eae^^ ?tita
Reacties