JUNI 195515e Jaargang ^- No 6DeWonlngbouvwverenigingzn\ MAANDBLAD VAN DE NATIONALE WONINGRAADAdres voor Redactie en Abonnementen: Wouwermanstraat 27, Amsterdam-Z., Tel. 724298-721412Adres voor Advertenties: Keizersgracht 188, Amsterdam-C, Tel. 49128Organ!satle^nleuywsDe algemene ledenvergadering - 1955 te Groningen,,Heet van de naald" noteren wij direct na afloop van de al-gemene ledenvergadering van de Nationale Woningraad enigeindrukken. Wij kunnen daarbij het eenvoudigst een chrono-logische volgorde aanhouden. Allereerst dus de phase van devoorbereiding. Wij in Amsterdam gaven aan de hand van deontvangen deelnemers-opgaven de gegevens door, die men inGroningen nodig had. Daar zorgde men voor de zaal, de maal-tijd, het logies, de feestavond, de excursie enz. enz. Er wer-den enige telefoongesprekken gewisseld, er is een hoogst en-kele brief geschreven, maar verder bleef het stil. Te stil, vrees-den wij. Zo'n paar dagen voor het congres belden wij nogeens op om te vragen of er wellicht zorgen waren. ,,Wij ken-nen geen zorgen", luidde het antwoord, ,,alles is in orde".Men zal het ons niet kwalijk nemen als wij zeggcn, dat zulkeen categorische verzekering iets te stellig is om volledig ver-trouwen in te boezemen. ,,Enfin", zo dachten we, ,,we zullenhet wel zien".Welnu, we hebben het gezien. Al direct bij het binnentredenvan de zaal. Vlaggen, palmen, een zee van bloemen, guirlan-des van gouden regen, dat alles in een smaakvolle opstelling.De oude, hoge zaal van ,,De Harmonie" was herschapen ineen recht feestelijk verblijf, waar het goed Avas enige dagenbijeen te zijn. Er was een ,,logiestent", er was een inliohtin-gen-bureau,,voortdurend bemand met krachten, die op elkevraag een antwoord wisten te geven. Er was drukwerk overGroningen, over de feestavond en de excursie. De verzor-ging met koffie, thee, jus-d'orange en wat dies meer zij wasuitstekend en weinig hinderlijk uit een oogpunt van vergader-techniek. Wij hebben gedurende het gehele congres niemandzien hollen, zoeken of wanhopig vragen. Alles ging ogen-schijnlijk vanzelf. Dit laatste is eigenlijk het beste compliment,dat men aan organisatoren maken kan.Het openingswoord van de voorzitter bevatte een weinig dy-namiet. Men leze de rede er in dit nummer van ons blad nogmaar eens op na. Over de jaarverslagen werd zowaar gedis-cussieerd! Het had (met permissie van de betrokkenen) nogwel niet zo heel veel om het lijf, maar het moge het beginzijn van een goede jaarlijkse gedachtenwisseling over hetalgemene beleid van de Woningraad. Aan degenen, die overen van het jaarverslag iets hebben gezegd, komt de eer toe,,de sleur van de stilzwijgende goedkeuring" te hebben door-broken. Heel misschien gebeurt dat ook nog eens met de perio-dieke bestuursverkiezingen. Als de Woningraad ernst maaktmet hetgeen het ter "vergadering behandelde rapport over dewenselijkheid van doorstroming in de bestuurscolleges be-toogt, dan bestaat de kans, dat de verkiezing van bestuurs-leden voortaan minder automatisch tot stand komt dan tot dus-ver het geval was. Natuurlijk geldt de wenselijkheid van ver-vanging voor geen der thans zittende bestuursleden, maar menkan nooit weten wat de toekomst in dit opzicht brengt!Omdat in Groningen alles zo vlot ging, wilde ook de vergade-ring blijk van voortvarendheid geven, waardoor zo waar tienminuten op het tijdschema voor de eerste zitting werd gewon-nen. Dat vond iedereen prettig. Men kan dan rustig lunchen(bijna iedereen was zeer vroeg uit de veren gekomen om tijdigin Groningen te kunnen zijn) en bovendien een eerste ver-kenning van de stad ondernemen. De koffietafel in ,,De Har-monie" was uitstekend; wij hadden de indruk, dat niemandtekort is gekomen. Ongetwijfeld zullen degenen, die in destad fourageerden, ook gezorgd hebben dat zij aan hun trekkwamen.Op de van hem bekende, tot luisteren dwingende wijze heeftde Heer Bommer de achtergronden van het rapport over depositie van de woningbouwverenigingen belicht. De ..zaal"had ononderbroken gespannen belangstelling; uit de discussie(die in een vergadering van ruim 600 mensen vrijwel nooit,,diep kan gaan") bleek vrij algemene waardering. De voorde Woningraad bestemde conclusies zijn zonder enige tegen-spraak aanvaard, hetgeen betekent, dat er in het komendeverenigingsjaar een hele'boel zal moeten gebeuren. leder ge-noot van de handigheid, waarmede de inleider bezwaren tegende late verschijning van het rapport bij voorbaat uitschakelde.In het bijzonder wel de schrijver van deze regels, omdat hijergens toch wel een tikje schuldgevoel moest koesteren!Tijdens de dinerpauze hebben wij vrijwel iedereen uit het oogverloren, zodat wij deze episode maar onbesproken laten. Dit 81punt van het programma was trouwens gegeven voor iederseigen verantwoordelijkheid. Als er al klachten zouden zijn-- wij hebben er niets van bemerkt --^, dan komen die voorrekening van de betrokkenen zelf!Wij aarzelen of wij de feestavond een hoogtepunt mogen noe-men. Het kan zo de indruk geven, dat het ,,zaken-doen" bij-zaak is en de feestelijkheden eigenlijk de hoofdschotel vor-men van onze jaarlijkse congressen. Toch wagen wij het erop om te zeggen, dat de grote Woningraad-famihe, bijeenin de vriendehjke knusse stadsschouwburg, kostehjk heeft ge-noten van hetgeen Wim Ibo's Triangel-cabaret ten toneleheeft gebracht. Het is toch wel een aparte sensatie -- voorde mannen zeker -- om een avond uit te zijn zonder ook maareen keer de portemonnaie voor de dag te moeten halen. Eenglansnummer was het optreden van de voorzitter! Wij hebbenkostehjk plezier gehad om de wijze, waarop hij de grote Gro-ningse koeken en bloemen aan de artisten kwijtraakte. Onop-gesumkt, simpelweg, maar raak! Op een intussen bijna nachte-hjke wandehng door Groningen ontwaarden wij achter alleramen van restaurants en hotels ,,Woningraadgezichten" metalleszins voldane uitdrukking.De ochtend-vergadering op Zaterdag was naar ons gevoelengoed. De inleidingen waren van een zakehjk karakter; er wasuitgebreide discussie, die het zelfs noodzakehjk maakte omwat versnellende druk op het tempo uit te oefenen. Een be-langrijke conclusie, te trekken uit deze zitting, hjkt ons de ge-bleken wensehjkheid om het vraagstuk van krottenvervangingopnieuw en degehjk voorbereid in de kring van de W^oning-raad aan de orde te stellen.Tenslotte de excursie. Nadat alle winkels in het centrum vanGroningen volledig verlost waren van hun voorraad aan,,Gr6nniger kouken" vertrokken klokslag twee uur (sympto-matisch voor de uitstekende organisatie) twee karavanen vanautobussen en luxe wagens, volgeladen met congressisten. Dieexcursie was het enige punt, dat de Groningse organisatorenheel even het voorhoofd heeft doen fronsen. Natuurlijk (zeg-gen wij achteraf) kwam alles piekfijn voor elkaar. leder kreegplaats, niemand bleef achter. Het zal voor zeer velen een open-baring zijn geweest het van welvaart blakende ,,Hoogeland"te aanschouwen. De enorme boerderijen met hun paleizen vanwoningen, blinkend van lak en spiegelglas, de velden met velesoorten gewassen. Toch ook nog de groepjes van armoedigearbeiders-plaatsjes, die getuigen van de schrille tegenstellin-gen uit het verleden. De onverwacht grote belangstelling voorde excursie gaf blijk van verwachting voor hetgeen te zienzou zijn. Wij geloven, dat die verwachting niet is beschaamd.Samenvattend zij gezegd, dat de Groningse algemene ver-gadering aan alle kanten uitstekend is geweest. Als er al vaneen schaduwkant kan worden gesproken, dan is het deze: Dater nog zoveel leden van de Woningraad het zichzelf aandoendeze jaarlijkse bijeenkomsten te missen. Allengs zullen ookzij, die nu nog wegblijven, present zijn. Als de bezoekers vannu hun ervaringen doorgeven, dan zal bij anderen de wensontwaken om er ook bij te zijn! W^. S.82Verslag van de algemene ledenvergadering van deNationale Woningraadgehouden te Groningen op 10 en 11 Juni 1955Hieronder volgt het verslag van de vergaderingvan Vrijdag 10 Juni. Een verslag van de zittingvan 11 Juni wordt opgenomen in een volgend num-mer van ons maandblad, dat geheel aan krotop-ruiming en sanering gewijd zal zijn.Het verslag is in hoofdzaak analytisch, de weer-gave van hetgeen de inleider heeft gesproken, isdoor de betrokkene goedgekeurd.Openingsrede van de voorzitter:De voorzitter heette alle afgevaardigden welkom. Hij ver-heugde zich erover, dat ook dit jaar weer vele leden warenvertegenwoordigd. De wegblijvers hebben ongelijk, zo zeidespreker, wij zullen hen daarvan op den duur moeten overtui-gen. Vriendelijke woorden werden gesproken tot de burge-meester van Groningen, die de ochtendvergadering bijwoonde.Noch de Minister, noch de Directeur-Generaal was in de ge-legenheid de vergadering door hun aanwezigheid op te luiste-ren; voor de Zaterdag werd nog verwacht als officieel ver-tegenwoordiger, de Heer Dr Giinther, raadsadviseur in alge-mene dienst ten Departemente.Spreker gcwaagde van tevredenheid over de gang van zakenin de Nationale Woningraad, Hij releveerde hoe de maatregelvan de Minister inzake de toeslag op de norm voor algemeneonkosten de middelen van de centrale organisatie belangrijkhad doen toenemen. De ruimere contributie-ontvangsten, uitdien hoofde verkregen, zullen moeten worden gebruikt vooreen verantwoorde uitbreiding der werkzaamheden. De uitbrei-ding vindt reeds geleidelijk plaats; per provincie zullen dewoningbouwcorporaties systematisch worden bezocht, opdathet wederzijdse contact toeneme. De waardevolle ervaringen,nu reeds in Gelderland opgedaan, wijzen er op, dat de nieuwewerkwijze de omvang der bemoeiingen belangrijk zal doengroeien. De bemoeiingen strekken zich uit over het geheleterrein van de volkshuisvesting. De Woningraad beschikt vanlieverlede over de krachten, die beleidsvraagstukken, tech-nische, juridische en administratieve problemen kunnen behan-delen.Terloops noemde de voorzitter het rapport van de Commissie-Bommer, dat een aantal suggesties aan het adres van de Wo-ningraad -bevat, waarvan de uitvoering eveneens tot uitbrei-ding der werkzaamheden zal leiden. De ontwikkeling van debouwtechnische werkzaamheden werd slechts even genoemd,een uitvoerige bespreking hiervan kan beter in kleiner verbandplaatsvinden. Tenslotte memoreerde spreker nog de moeilijk-heden, die ook de Woningraad ten aanzien van de huisvestingvan zijn Bureau ondervindt. Verwacht wordt, dat binnen af-zienbare tijd een bevredigende oplossing voor dit probleemkan worden gevonden.De gehele ontwikkeling van het werk van onze NationaleWoningraad vindt plaats tegen de achtergrond, die gevormdwordt door de toestand op het terrein van de volkswoning-bouw en door de verwachtingen aangaande de toekomstigesituatie. Het ligt dus voor de hand, dat wij enige opmerkingenwensen te maken over verschijnselen, die zich bij de volks-woningbouw voordoen en die ook de ontwikkeling van diebouw bepalen.Wij hebben sterk de indruk, dat er over het algemeen enigejaren geleden een wat optimistischer kijk op de woningvoor-ziening kon worden vastgesteld dan thans het geval is. Mentracht allerwege om er van te maken wat ervan te maken is,..im^'K''- ?r-' 83maar heeft enigszins het geloof verloren in een nabije oplos-sing van de woningnood. Weliswaar zijn er in ons land enkelegebieden en gemeenten, waar die nood minder sterk knelt daneen aantal jaren geleden, maar zeker in de grote gemeentenen ook in tal van andere plaatsen is er van een merkbare ver-betering weinig te bespeuren. Zelfs zijn er gemeentebesturen,die moeten verklaren, dat het woningtekort in hun gebied nade bevrijding is toegenomen inplaats van verminderd. Wellichtwordt de wat neerslachtige stemming ook veroorzaakt doorde verwachtingen ten aanzien van de woningproductie in ditjaar. De tot dusver bekendc productie-gegevens vertonen la-gere cijfers dan de vergelijkbare gegevens van 1954. Hoeweler nog niets met zekcrheid kan wordcn gezegd, is toch tevrezen, dat dit jaar minder woningen gereed zullen komen danin het vorige jaar. En dat, terwijl er van alle kanten stem-men opgaan, die een jaarlijkse productie van 80.000, ja zelfswel 100.000 woningen verlangen en mogelijk achten.Nu moeten wij wel heel duidelijk vaststellen, dat wij in Ne-derland op dit ogeriblik te maken hebben met begrenzingenten aanzien van het bouwen, die niet alleen met woorden ofverlangens doorbroken kunnen worden. Er is een beperkt aan-tal bouwvakarbeiders. Er blijven spanningen heersen in demateriaalvoorziening. Men kan nu eenmaal niet bouwen zon-der voldoende bekwame krachten en zonder voldoende metsel-steen. Er wordt gestreefd naar verhoging van de arbeidspro-ductiviteit. De winst, die verscheidene pogingen in dit opzichtkunnen opleveren -- standaardisatie, mechanisatie, betereorganisatie op de bouwplaats, gebruik van nieuwe materia-len -- wordt intussen in veel gevallen meer dan teniet ge-daan, omdat de organisatie van het bouwen wordt ontwrichtdoor een onderbezetting aan arbeiders. De uitzonderlijk langebouwtijden spreken in dit opzicht boekdelen. De systeembouwwordt nu op bepaalde wijze bevorderd. Wij dienen de pogin-gen daartoe te steunen, omdat iedere verantwoorde mogelijk-heid cm de productie te vergroten moet worden aangegrepen.Grote verwachtingen ten aanzien van arbeidsbesparing en tem-poversnelling door de systeembouw lijken ons echter voorals-nog ongemotiveerd. Gunstige uitzonderingen daargelaten,geldt in het algemeen, dat een volkomen consequente toepas-sing van volledig beproefde bouwsystemen in ons land eigcn-lijk niet mogelijk is. Er zijn tegenstellingen tussen de centralebeoordehng van de technische merites van een bouwsysteemen de beoordeling in de afzonderlijke gemeenten. Ondanks depogingen om althans voor de bouwsystemen landelijk voor-schriften geldig te verklaren, die afwijkende voorschriften vanplaatselijke bouwverordeningen buiten werking stellen, blijftde gesignaleerde tegenstelling bestaan en nadelige invloeduitoefenen. De diensten van brandweer, bouw- en woningtoe-zicht, de nutsbedrijven in de ene gemeente stellen andereeisen dan in een andere plaats. Ambtelijke interpretaties hierwijken af van uitleggingen elders. Dat de ondernemingen, diede systeembouw uitvoeren nu nog, 10 jaar na de bevrijding,te maken hebben met deze tegenstelling, die een volstrekt con-sequente en doelmatige uitvoering van het systeem in de wegstaat, die arbeidsbesparing te niet doet, die kostenverhogendwerkt, dat moet duidelijk maken, dat met te weinig ernst demogelijkheden van de moderne bouwwijzen worden uitgebuit.Dat ook in de ontwerparbeid voor de volkswoningbouw nogaltijd wordt uitgegaan van de volstrekte individualiteit vanelk afzonderlijk bouwplan -- met name voor wat de onder-delen betreft -- dat is blijk van miskenning van de ernstigepermanente nood, waarmede wij te maken hebben. Men zouhet moeten aandurven om voor een reeks van jaren gemeen-schappelijk en met opoffering van eigen hobby's en liefheb-berijen volkswoningbouw te ontwerpen en uit te voeren, waar-in volstrekt uniforme constructiewijze, geheel gelijke uitrustingin onderdelen, dezelfde methodiek van technische voorberei-ding zouden worden aangetroffen. Dit behoeft niet te leidentot uniformiteit in vormgeving; dit schept alleen de mogelijk-heid voor groter efficiency in het bouwen. Gemeentebesturen,woningbouwcorporaties, architecten, bouwmaterialen-vervaar-84 digende Industrie, aannemers, controlerende diensten, zij alienzouden iets moeten offeren aan eigen inzicht, eigen zelfstan-digheid om in een forse greep gemeenschappelijk de voor-waarden te vervullen, die met recht en reden tot merkbareverhoging van de arbeidsproductiviteit zouden kunnen leiden.Ook in ander opzicht ziet men de woningnood te weinig alsnationaal probleem, dat om een waarlijk nationale oplossingvraagt.Het is een schaduwkant van de heersende hoogconjunctuur,dat er in omvangrijke mate -- naast en vaak ten koste van dewoningbouw -- alle mogelijke andere bouwwerken tot standworden gebracht. We hebben in Nederland te maken meteen groot bouwpotentieel, dat een bepaalde productie aankan.Belast men dat potentieel met de bouw van schouwburgen,theaters, stadhuizen, winkelpaleizen, bankgebouwen, kanto-ren (en dat alles omdat het er financieel goed af kan), danvermindert men de mogelijkheden voor de woningbouw. Na-tuurlijk is deze conclusie niet nieuw en evenmin opzienbarend.Toch er is alle reden om met klem te vragen of we het inNederland niet zouden aandurven om b.v. voor een periodevan vijf jaar de uitvoering van alle niet volstrekt noodzake-lijke bouwwerken te staken, teneinde de woningbouw de vanalle kanten zo vurig verlangde stoot omhoog te geven. Menkan dit een overdreven verlangen achten, maar men bedenke,dat nog altijd, 10 jaar na onze bevrijding, in de tijd, waarin deE 55 in Rotterdam te zien geeft hoe ons land zich krachtig enbijna geheel hersteld heeft van de oorlogsgevolgen, verschei-dene honderdduizenden landgenoten gebukt gaan onder hetgebrek aan behoorlijke woonruimte. Het heeft geen zin schuld-vragen op te werpen, ook al omdat op die vragen geen bevre-digend antwoord is te geven. leder, die op enigerlei wijze bijde woningvoorziening is betrokken, doet zijn best en veel meermag de mens van de mens niet verlangen. Het is echter welnoodzakelijk ons in nationale zin af te vragen of een zo grootmogelijke prioriteit aan de woningbouw wordt gegeven. Hetna-oorlogse herstel is op een onderdeel onevenwichtig geble-ven. De woningvoorziening heeft op geen stukken na gelijketred kunnen houden met alle andere sociale voorzieningen, diekonden worden getroffen. Dit, terwijl toch naar aller oordeeleen der belangrijkste be'hoeften van het gezin -- ,,de eel vande samenleving" ^- een goede woning is. Men verdenke onsniet van miskenning van de betekenis van alle andere soortenvan gebouwen als wij stellen, dat de Nederlandse bouwnijver-heid prioriteit moet kunnen geven aan de bouw van wonin-gen. De uitvoerige gegevens, die het Ministerie van Weder-opbouw en Volkshuisvesting over de bouwactiviteit in 1954heeft verstrekt, maken duidelijk, dat er een relatieve ver-schuiving plaatsvindt in die zin, dat het aandeel voor dewoningbouw kleiner wordt en het aandeel voor bedrijfsge-bouwen en bijzondere gebouwen groter. Wij bepleiten vooreen beperkt aantal jaren het tegendeel. Wij geloven, dat hetNederlandse volk het zal begrijpen niet alleen, maar het zelfszal toejuichen als de bouw van schouwburgen, theaters, slacht-huizen, stadhuizen, pohtiebureau's, sportpaleizen, postkanto-ren, dienstgebouwen wordt uitgesteld, zodat de aAeidskrachten het materiaal, anders voor deze bouwwerken bestemd, kun-nen worden gebruikt voor omvangrijker woningbouw. Dezerdagen heeft een dagblad bij een bespreking van ons jaarver-slag de vraag gesteld waar die schouwburgen dan allemaalgebouwd zullen worden. Wij doen een willekeurige greep uitde lijst: Deventer, Venlo, Maastricht, Eindhoven, Vlaardin-gen. Wij moeten zelfs Groningen noemen, dat in de afgelopenjaren een millioen heeft besteed aan de verbouwing van deschouwburg, waarin wij vanavond. hopen bijeen te komen. Erheerst een raadhuizen-koorts. Den Haag, Amsterdam, Hen-gelo, Amersfoort, Bussum, Schiedam, Zaandam, Gorinchem,Epe, Alkmaar om er slechts enkele te noemen. Onze welvaartmaakt het mogelijk, dat handel en industrie bijdragen tot debouwnijverheid in een mate, die niet geheel door absolutenoodzaak wordt gedicteerd. Het reeds genoemde overzichtvan het Ministerie geeft geen gegevens over de werken voorde rijkswaterstaat en de werken, waarvan de kosten komenten laste van de gewone dienst der lagere publiekrechtelijkelichamen. Ook niet over stationgebouwen. Evenmin over ka-zernes, verdedigingswerken, cantines enz. Wij weten het:stuk voor stuk zal de bouw van alle werken, die wij hebbenopgesomd in normale omstandigheden verantwoord zijn. Ver-scheidene zullen zelfs niet kunnen worden gemist. Vast staatevenwel, dat op grond van een nationaal gericht beleid indeze sectoren kan worden uitgesteld ten behoeve van de wo-ningbouw.Mogen wij eens een gewaagd denkbeeld ontvouwen, alleenmet de bedoeling om concreet duidelijk te maken, wat priori-teit voor de woningbouw zou kunnen betekenen. Hengelo isin de oorlog zwaar getroffen. Het heeft met grote zorgvuldig-heid de plannen voor een nieuw stadhuis tot ontwikkelinggebracht. Het hoopt binnenkort te kunnen gaan bouwen. DeRaad heeft SVz millioen gulden ervoor uitgetrokken. Als mennu de Hengelose bevolking zou vragen de bouw van het hoog-nodige stadhuis vijf jaar uit te stellen, waardoor men in dekomende drie jaar vierhonderd woningen extra zou kunnenbouwen, wat zou die bevolking dan antwoorden? Wij denken,dat zij kiezen zou -- wellicht met een bloedend hart -- voorde woningen, die vierhonderd gezinnen zouden verlossen vandagelijks ervaren leed. Wij weten, dat Hengelo dit experi-ment niet op eigen houtje kan wagen. Zoals gezegd kan ditprobleem alleen nationaal worden bekeken.Wij durven in dit verband beweren, dat 100.000 woningenper jaar geen utopie behoeven te vormen, als men hier depolitic wat langer in het oude bureau laat voorttobben, alsmen daar nog enige tijd genoegen neemt met de oude en watvervallen schouwburg, als men ginds de fondsen voor hetnieuwe grootse kantoorgebouw nog even onaangeroerd laat,als men elders de zaalsport het gedachte paleis nog onthoudt.Zes en vijftig procent van de totale bouwproductie van na deoorlog leverde 380.000 woningen op. Vier en veertig procentis gebruikt voor andere gebouwen. Zou men rigoureus durvenuitstellen, waardoor het aandeel voor de woningbouw zou stij-gen tot fo.v. 70% van de totale productie-capaciteit, dan zoumen de 100.000 woningen per jaar dicht naderen. Zulk eenproductie doet het woningtekort jaarlijks met tenminste 40.000woningen afnemen. Men stelt thans dat tekort op ongeveer200.000 woningen. Vijf jaren slechts van groter prioriteit voorde woningbouw, van nationale inspanning, van offerbereid-heid, van het tijdelijk afzien van ongetwijfeld grote belangenen we zijn door de direct zichtbare woningnood heen.Wij zijn er ons van bewust, dat wij slechts een zeer groveschets hebben gegeven. Dat er tal van aanmerkingen op onzevoorstelling van zaken zijn te maken. Dat een gocd effectslechts kan worden bereikt als men meer orde brengt in detoewijzing van de woningbouwcontingenten, als men de bouw-vakarbeiders inzet daar waar zij nodig zijn, als men alle voor-zieningen, nodig voor de versnelde woningbouw tot stand kanbrengen, als men de urgentie-bepaling voor de productie vangebouwen, niet woningen zijnde, met ijzeren hand toepast.Zonder miskenning van het gewicht van deze vragen en be-denkingen meenden wij het te moeten wagen bij de openingvan de algemene vergadering van de Woningiaad het denk-beeld te lanceren van de absolute voorrang voor het gevechttegen de woningnood, die onze volkskracht ondermijnt. Ditdenkbeeld kan ons even afbrengen van de in cirkels verlopen-de discussies over kwaliteit en uitrusting van de woningen,over huren en subsidies, over arbeidskrachten en materialen,over woningwetbouw of particuliere bouw. Een nationalekruistocht tegen de woningnood nu kan de bevolking vertrou-wen schenken in de overwinning van het kwaad, dat honderd-duizenden medeburgers nog altijd teistert.85Vervolgens verleent de voorzitter gaarne het woord aan deburgemeester van Groningen.De burgemeester zegt, dat Groningen er verheugd over isveel congressen te mogen ontvangen. Dat is in het bijzonderhet gcval als het betreft een congres van een organisatie, dieeen belangrijke plaats in het maatschappehjke leven inneemt.Zonder twijfel mag dat worden gezegd van de NationaleWoningraad. Spreker heeft in het algemeen met instemminggeluisterd naar de indrukwekkende rede van de voorzitter,al zal men het willen begrijpen, dat niet zo dadelijk alle con-sequenties van de daarin vervatte denkbeelden kunnen wor-den overzien. Groningen zou het met name spijtig vinden alsvanavond de vergadering van de Woningraad ontvangen zoumoeten worden in een schouwburg, die het gezelschap nietwaard zou zijn! Spreker wil er verder nog gaarne op wijzen,dat de stad Groningen deel uitmaakt van de provincie ener-zijds en dat de provincie trots is op haar stad anderzijds. Staden provincie behoren bij elkaar en vormen zeer bepaald eeneenheid. Vandaar ook, dat ,spreker het prettig vindt, dat ver-scheidene honderden bezoekers van het congres en de stad ende provincie door middel van een excursie zullen leren kennen.Moge die uiteraard wat vluchttige kennismaking leiden tothet verlangen wat meer van Groningen te zien en te weten.De voorzitter stelt dan aan de orde de bespreking van hetjaarverslag over 1954.De Heer Hagen van de Alg. Woningbouwver. te 's-Graven-hage begint met zijn waardering voor het verslag uit te spre-ken. Hij toont zich verheugd over de gestadige uitbreiding vande werkzaamheden van de Woningraad. Spreker betreurt het,dat op biz. 17 van het verslag in negatieve zin mededelingenworden gedaan over de regeling van de arbeidsvoorwaardenvoor het personeel van woningbouwcorporaties.De Heer Barel van ,,Volkshuisvesting" te Delft onderschrijftde waardering, waaraan door de vorige spreker uiting is ge-geven. Hij wijst er op, dat straks een algemene huurverhogingzal worden ingevoerd. Het is dringend nodig, dat de bedra-gen, die voor het onderhoud van de woningen besteed mogenworden, zullen stijgen. Het bestuur van de Woningraad zijer dus op bedacht, dat de hogere huuropbrengst voor dat doelaan de corporaties ter beschikking worden gesteld.De secretaris antwoordt aan de Heer Hagen, dat hij blij is letsover de kwestie van de arbeidsvoorwaarden te kunnen zeggen.Ook spreker betreurt het zeer, dat deze zaak nog altijd niettot een oplossing is gekomen. Geruime tijd geleden heeft deBedrijfsunie voor het bouwbedrijf (gevormd uit de drie bon-den van bouwvakarbeiders) het standpunt aanvaard, dat voorhet personeel van bouwverenigingen een regeling moet wor-den ontworpen, die speciaal voor dat personeel geschikt is endie dus losstaat van de normale regelingen voor het bouw-bedrijf. Dit met name in verband met de toepassing van ver-schillende sociale verzekeringen (vorstverlet, wachtgeld- enwerkloosheidsverzekering, bedrijfspensioenfondsen enz.), dievoor de bouwverenigingen niet van belang zijn, De bedrijfs-unie beloofde een concept-regeling in deze geest te zullenontwerpen. Die belofte is niet gestand gedaan kunnen wor-den, wellicht omdat de bedrijfsunie intussen niet meer func-tionneert. Er kan op dit moment dus geen positieve medede-ling worden gedaan inzake een te verwachten ontwerp-rege-ling. Wei heeft het bestuur intussen een onderzoek ingesteldnaar de mogelijkheid van een collectieve verzekering voor deoudedagsverzorging van het personeel der corporaties. Uit-voerige inlichtingen daarover zijn juist vorige week ontvan-gen. Na onderzoek zullen de leden over die mogelijkheid wor-den ingelicht. Intussen kan nog eens bij de bonden van werk-nemers worden aangedrongen op het verschaffen van voor-86 stellen.De secretaris wijst in antwoord op de opmerkingen van deHeer Barel op het standpunt van het bestuur inzake de onder-houdsnorm. Zonder enige twijfel zal het bestuur de ontwikke-ling nauwlettend volgen en pogingen aanwenden om de strakste verkrijgen hogere huuropbrengst op enigerlei wijze aan deexploitatie van de woningen ten goede te laten komen. In ditstadium is het wellicht verstandig de wensen dienaangaandenog niet al te zeer te preciseren.De Heer Smit van Centraal Woningbeheer te Zaandam mistin het verslag mededelingen over de financien van ,,Zorg enDaad" en eveneens de verklaring van de commissie, die hetfinancieel beleid heeft gecontroleerd. Een begroting voor hetverenigingsjaar 1956 ontbreekt. Kunnen deze gegevens in hetvervolg weer worden opgenomen?De secretaris erkent, dat het een fout is, dat het verslag van,,Zorg en Daad" niet is opgenomen. Ter verklaring deelt hijmede, dat er in de laatste jarcn bij ,,Zorg en Daad" vrijwelniets is omgegaan. Het ziet er naar uit, dat dit in de naastetoekomst wel het geval zal zijn en dat kan dus aanleidingvormen om een volgende keer zeker financiele gegevens tepubliceren. De verklaring van de commissie ligt ter tafel. Devoorzitter zal daar straks mededeling van doen. Een begro-ting heeft, gegeven de vrij stormachtige ontwikkeling van deWoningraad niet zo heel veel zin. Het bestuur zal onder-zoeken of op de volgende algemene vergadering een enigs-zins betrouwbare begroting kan worden aangeboden.De redactie van het maandblad ,,De Woningbouwvereniging"gaf aan geen der bezoekers aanleiding tot het maken van op-merkingen. De voorzitter constateerde derhalve, dat de ver-gadering het met de gevoerde redactie eens zou zijn. Voorwenken en aanwijzingen (en voor bijdragen!) houdt het secre-tariaat zich bijzonder aanbevolen.Vervolgens werden alle aftredende bestuursleden bij accla-matie herkozen.Ingevolge het voorstel van het bestuur zal voor de komendedrie jaar een afgevaardigde van de afdeling Utrecht deel uit-maken van de commissie tot het onderzoek naar het financieelbeheer. Hier deed de voorzitter mededeling van het verslagvan deze commissie over haar onderzoek naar het beheer over1954. (Dit verslag is elders in dit nummer opgenomen).Het voorstel van het bestuur om artikel 8 van het huishoude-lijk reglement te wijzigen in verband met de maatregel van deMinister inzake de toeslag op de norm voor algemene onkos-ten werd zonder discussie aanvaard.Een vertegenwoordiger van de Woningbouwver. ,,Goed Wo-nen" te Vlissingen verschafte uitvoerige toelichting op hetvoorstel tot het ondernemen van stappen teneinde vergoedingvan Rijkswege te verkrijgen voor de na-inundatie-schade.Spreker vertelde hoe de inundatie de woningen had bescha-digd. Hoe de bouwverenigingen na het droogvallen het herstelter hand hadden genomen. Hoe de na-werking van het zoutewater echter tal van reparaties onmogelijk maakte. Hoe steedsmaar weer gebreken hersteld moesten worden. Alles moet totdusver worden bekostigd uit de normale onderhoudsmiddelen.Dat is een onmogelijke toestand. Een complex woningen wasna de overstroming zodanig beschadigd, dat de bouwvereni-ging voorstelde de huizen eenvoudig te slopen. ,,Neen", zeihet Ministerie, ,,herstellen". Er zijn tonnen aan besteed. Nuis men ook ten Departemente tot de ontdekking gekomen, datal het herstel geen oplossing geeft en nu heeft men dan^ na door schade wijs te zijn geworden ^ toestemming tothet afbreken gegeven. Intussen zijn de getroffen bouwvereni-gingen volkomen aan de grond geraakt. Herhaaldelijk is ge-vraagd -- ook via de Woningraad -- om redelijke tegemoet-koming. Soms zijn toezeggingen gedaan. Grote bedragen zijnop de Rijksbegroting uitgetrokken voor herstel van na-inunda-tie-schade. De bouwverenigingen hebben er nog nooit iets vangekregen. Dat lean zo niet langer en daarom nogmaals eenernstig beroep op het bestuur van de Woningraad om metkracht bij het Ministerie te pleiten voor een rechtvaardigebehandeling van deze aangelegenheid. (hartelijk applaus).De voorzitter zegt toe gaarne nogmaals ernstige aandacht aandeze onverkwikkelijke zaak te zullen wijden.De behandeling van het voorstel van ,,Onze Woning" teHoorn inzake de toepassing van de Woonruimtewet-1947wordt uitgesteld totdat de bespreking van de in de middagte houden inleiding van de Heer Bommer aan de orde zal zijn.Te 12.20 uur wordt de vergadering geschorst tot 13.45 uur.Vergadering van Vrijdagmiddag 10 funiDe Heer }. Bommer spreekt over het rapport, dat door deCommissie Onderzoek Positie Woningbouwcorporaties is uit-gebracht.Spreker wenst enige opmerkingen vooraf te maken. In de eer-ste plaats reeds een soort van repliek op hetgeen straks eenreeks van debaters zal beweren, n.l. :,,Wij hebben het rapportte laat ontvangen om het behoorlijk te kunnen bestuderen".Spreker zal dan antwoorden: ,,Inderdaad, het rapport is laatverschenen, maar men weet hoe dat gaat. Een commissie kannu eenmaal moeilijk klaarkomen. Na de laatste vergaderingis er bovendien altijd nog wat aan te vullen of te verschuiven.Het bestuur van de Woningraad heeft er op aangedrongen,dat het rapport in dit congres zou worden behandeld. Welnu,dat is precies, zij het met enige moeite gelukt". Men kan nustraks de opmerkingen over de late verschijning achterwegelaten, zij zijn bij deze reeds beantwoord (vrolijkheid in dezaal, getemperd bij diegenen, die de verwijtende opmerkinghadden willen maken).In de tweede plaats wijst spreker er op, dat hij het in zijnbetoog zal hebben over woningbouwverenigingen. Hij zal nietsteeds het onderscheid maken tussen verenigingen, stichtin-gen, vennootschappen, cooperatieve verenigingen. Hij ver-staat onder ,,woningbouwverenigingen" alle soorten van wo-ningbouwcorporaties (deze laatste benaming ligt spreker nietzo bijzonder). Alleen wanneer in het betoog een bepaaldsoort corporatie aan de orde zou komen, dan zal dat nadruk-kelijk worden vastgesteld.In de derde plaats is het nuttig om vooraf vast te stellen,dat de gedachtenganq van de commissie is samengevat in deconclusies op pag. 30 van het rapport. Deze conclusies zijnuiteraard beknopt en daardoor niet volledig. Men zal het oor-deel over het werk van de commissie daarom niet uitsluitendop deze conclusies mogen baseren. Men zal ook de toelich-ting, die het rapport biedt, in acht moeten nemen.De conclusies zijn van verschillende aard. Een deel ervanlevert aanbevelingen aan de woninqbouwvereniqingen; een an-der deel levert suggesties aan de Nationale Woningraad. Deaanbevelingen zijn geheel voor rekening van de commissie; dewoningbouwverenigingen zijn volkomen vrij om hetgeen wordtaanbevolen al of niet toe te passen. De commissie zal het opprijs stellen straks enige reactie op hetgeen zij heeft geadvi-seerd te vernemen.Het is immers belangrijk te horen of de gedachtengang vande commissie bij de leden van de Woninqraad weerklank vindt.De conclusies, die voorstellen aan de Woningraad bevatten,moeten hier zeker onderwerp van bespreking uitmaken. Hetcongres zal zich over deze voorstellen dienen uit te spreken.Indien de conclusies worden aanvaard, dan zal het be-stuur van de Woningraad, zoals het trouwens zelf reedsheeft aangekondigd, de nadere uitwerking der voorstellen terhand moeten nemen.Na deze prealabele opmerkingen dus de beschouwingen overde gehele reeks van overwegingen van de commissie.Er wordt in de laatste tijd veel gesproken en geschreven overde positie van de woningbouwverenigingen. Bij de behande-ling van de begrotingen van het Departement van Wederop-bouw en Volkshuisvesting in de Tweede Kamer komt het on-derwerp ieder jaar ter sprake; artikelen in tijdschriften envakbladen wijden er aandacht aan. Men moet dus wel tot deconclusie komen, dat er met de positie van die woningbouw-verenigingen wat aan de hand is.De practijk levert opmerkingen en aanduidingen in critischezin op. De gemeentebesturen zijn er zich van bewust, dat dena-oorlogse omstandigheden moeilijk zijn voor de bouwver-enigingen; dat het werk bijzonder ingewikkeld is geworden;dat de besturen van de bouwverenigingen ,,het niet altijd meeraankunnen", ook al omdat soms een voldoende outillage ont-breekt.De besturen van de bouwverenigingen zelf klagen over hetgebrek aan medeleven en medewerking van de zijde van ledenen bewoners. De jongeren tonen weinig of geen belangstelling;het werk blijft rusten op de schouders van hen, die het vaakal tientallen jaren dragen.Dan zijn er verder belangstellende en bevriende buitenstaan-ders, die er op wijzen, dat de pioniersgeest, die voorheen debouwverenigingen kenmerkte, er nu een beetje uit is.Er worden ook wel eens suggesties gegeven. Zo kan menhoren, dat de woningbouwverenigingen ,,te groot" kunnenworden. Zij zijn dan moeilijk hanteerbaar. De afstand tussenleiding en leden/bewoners zou dan te groot zijn. Er zou geenopgewekt verenigingsleven meer zijn. Zulke grote bouwver-enigingen zouden eigenlijk min of meer goede exploitatie-bedrijven zijn geworden.Daarna verneemt men dan de raad: maak de bouwverenigin-gen kleiner. Dat zal de levenskracht der organisaties ten goe-de komen. De commissie is stellig in haar oordeel op ditpunt. Het hgt beslist niet aan de omvang van het woning-bezit of aan de grootte van het aantal leden of een bouwver-eniging floreert of niet. Als men in de kring van de bouwver-enigingen rondkijkt, dan ziet men grote, waar alles uitstekendmarcheert. Waar niet alleen de exploitatie zaakkundig wordtgevoerd, waar niet slechts in belangrijke mate aan de nieuw-bouw wordt deelgenomen, maar waar ook het verenigings-leven een opgewekt karakter draagt en waar natuurlijk hetgehele werk wordt beheerst door de sociale instelling. Ander-zijds kent men kleine bouwverenigingen, die tot ,,eilandjesvan zelfgenoegzaamheid" zijn verworden en waar het ,,dedood in de pot" is. De practijk maakt dus duidelijk, dat in hetklein houden van de bouwverenigingen de oplossing niet ligt.Bovendien, als men de bouwverenigingen al zou willen bindenaan een maximaal woningbezit, dan zou dat onvermijdelijk lei-den tot een belangrijke uitbreiding van het aantal verenigin-gen. Er zijn er nu ruim duizend. Dat aantal is groot genoegom het werk op bevredigende wijze te kunnen verrichten. Alzal er hier of daar nog wel plaats zijn voor een nieuwe bouw-vereniging; aan nog eens duizend erbij is werkelijk geen be-hoefte. Grote uitbreiding van het aantal bouwverenigingen zalalleen tot versnippering van krachten leiden. Het is rationelerde duizend bestaande verenigingen zo sterk mogelijk te makendan de beschikbare energie en krachten over twee duizend teversnipperen. De gedachtengang van de commissie in dit op-zicht is beknopt weergegeven in conclusie 6.De commissie heeft zich niet van de klachten over debouwverenigingen willen afmaken. Niettemin stelt zij nadruk-kelijk vast, dat er van een onrustbarende situatie bij de bouw-verenigingen geen sprake is. Over het algemeen doen zij hetwerk prima. De exploitatie van het woningbezit der vereni-gingen kan de vergelijking met de exploitatie van gemeente-woningen doorstaan. Over een vergelijking met de particu-liere exploitatie kan gevoeglijk gezwegen worden.Nochtans moet men proberen de kern van waarheid in deklachten te ontdekken. Juist in verband met de grote taak voorde bouwverenigingen nu en in de toekomst is het verstandigom van tijd tot tijd de hand in eigen boezem te steken. Zijn erzwakke plekken in het werk van de bouwverenigingen? Zoja, wat kan er dan gedaan worden om versterking aan te 87brengen. Het is bepaald geen teken van zwakheid om ditonderzoek op zichzelf toe te passen. Integendeel: als men dezaak in het openbaar aan de orde stelt en bespreekt, zoalsnu het geval is, dan is dat een bewijs van een gezonde levens-kracht, die het ons veroorlooft dat te doen.Als men zich nu rekenschap wil gevcn van de positie der wo-ningbouwverenigingen, dan moet men haar bezien in het lichtvan de historische ontwikkehng. Dan moet men terugzien opde afgelegde weg. Toen de Woningwet van kracht werd.waren de woningtoestanden erbarmehjk. De wetgcver nameen serie maatregelen om daarin verbetering te brengen. Hijdeed een beroep op de burgers om mede te helpen door deelte nemen aan het werk van de woningbouwverenigingen. Voordie verenigingen waren met name de financiele paragraphenvan de Woningwet van belang. Het is goed om duidelijk vastte stellen, dat die paragraphen wehswaar het toekennen vanbijdragen in de woningexploitatie mogehjk maakten, maar datzij toch als uitzonderingen beschouwd dienen te worden. Re-gel zou zijn het verlenen van bankiersdiensten door de Staat,die het kapitaal, nodig voor het stichten van de woningen zoulenen, uiteraard onder conditie van rentebetaling en aflossing.Minister Pierson gaf destijds als zijn mening te kennen, datmen in totaal een 100 millioen gulden in de volkswoningbouwzou moeten steken. De aflossingen op dit kapitaal zoudendan weer voor de bouw van woningen ter beschikking ko-men. Op die manier zou het ,,roulerende kapitaal" een steedsvoortgezette bouw van woningwetwoningen mogclijk maken.Men had zelfs de (voor die tijd begrijpelijke) verwachting,dat uit de woningexploitatie kapitaalkrachtige bouwverenigin-gen zouden ontstaan, die voor een belangrijk deel op eigenkracht zouden kunnen werken.Door twee oorzaken van gelijkc aard is het totaal anders ge-lopen. Die twee oorzaken zijn de beide wereldoorlogen. Naelk dezer oorlogen deden zich dezelfde verschijnselen voorn.l. een woningtekort en in verband daarmede een beroep opde woningbouwverenigingen om op uitgebreide schaal medete werken aan de woningvoorziening. Die medewerking isgegeven onder de moeilijkste omstandigheden. Na de beideoorlogen stegen de bouwkosten in zodanige mate, dat deexploitatie van nieuwe woningen alleen mogelijk was doortoekenning van overheidsbijdragen. Deze subsidiering van dewoningexploitatie is inderdaad onvermijdelijk. Met die sub-sidiering wordt echter evenzeer onvermijdelijk een complexvan overheidsvoorschriften, controlemaatregelen en admi-nistratieve regelingen. Gevolg: de zelfstandigheid van de aandeze voorschriften onderworpen woningbouwverenigingen ver-zwakt, haar eigen verantwoordelijkheid voor de uitkomstenvan de woningexploitatie vermindert, haar bewegingsvrijheidwordt belemmerd. In het algemeen is de indruk gewettigd,dat de woningbouwverenigingen teveel zijn geworden totverlengstukken van het overheidsapparaat. De positie vande woningbouwverenigingen zal slechts dan volkomen gezondkunnen zijn als er in het algemeen weer sprake kan zijn vaneen ,,zelfdekkende" woningexploitatie. Het verdwijnen van hetsubsidie-stelsel met alle daaraan verbonden regelingen is der-halve voor de bouwverenigingen van essentiele betekenis.Deze zaak zit natuurlijk vast aan het huurbeleid. Op dat be-leid zal spreker hier verder niet ingaan, omdat het dtoor derecente gebeurtenissen politiek zeer gevoelig ligt. De eersteconclusie van het rapport moet men verstaan in de nu be-handelde gedachtengang.Wij leven dus in afwachting van een algemeen huurpeil, datzelfdekkende exploitatie van de woningen weer mogelijk zalmaken. Intussen dient de Woningraad bedacht te zijn op debevordering van een zo groot mogelijke bewegingsvrijheid vande bouwverenigingen. In dit verband kan worden gedacht aanhet vervallen van de wetsbepaling, dat de eenmaal van over-heidswege toegekende bijdragen in de woningexploitatie moe-ten worden terugbetaald. Vervalt dit voorschrift -- en menoo mag enige hoop koesteren, dat dat inderdaad het geval zalzijn ~ dan kunnen de bouwverenigingen straks wcllicht uiteigen kracht iets ondernemen. De hier bedoelde bepaling isniet redelijk. Ook de voor de particuliere woningexploitatiegegeven subsidies worden niet teruggevorderd.Verder is het gewenst, dat de exploitatie-overschotten, die zul-len ontstaan, nadat de schuld op de oude complexen geheelis afgelost, door de bouwverenigingen in enige vrijheid kun-nen worden aangewend in het belang van de volkshuisvesting.Dan kan initiatief worden ontwikkeld, dan krijgt de eigenverantwoordelijkheid inhoud.Er is een derde verschijnsel, dat de bewegingsvrijheid derbouwverenigingen in het gedrang brengt. Dat is het beleidinzake de toewijzing van de woningen. Het voorstel van,.Onze Woning" te Hoorn heeft hierop betrekking. Voorop-gesteld moet worden, dat een woningdistributie van overheids-wege niet kan worden gemist, zolang er een aanwijsbaar wo-ningtekort bestaat. Voor een rechtvaardige toepassing van dedistributie-bepalingen zijn de gemeentebesturen verantwoor-delijk. Het woningcontingent, dat de gemeentebesturen in staatstelt huizen te laten bouwen, is bestemd voor de gehele be-volking. Het mag niet eenzijdig worden gebruikt ten behoevevan de leden der bouwverenigingen. Niettemin is het een eisvan verstandig en rechtvaardig beleid, dat de gemeentebestu-ren niet beschikken over de woningen van de verenigingen,zonder de besturen der verenigingen bij het overleg inzake detoewijzing te betrekken. Als men overleg pleegt, dan zal ereen weg te vinden zijn, waarlangs voor de verenigingen eenzekere vrijheid inzake de toewijzing van tenminste een deelder woningen kan worden verkregen. In verscheiden gemeen-ten bewijst de practijk, dat het overleg tot bevredigend resul-taat leidt. In een aantal andere gemeenten echter ontbreekthet overleg. Dat geeft aanleiding tot spanningen, dat onder-graaft de positie der bouwverenigingen.De commissie heeft aan het rapport een aanhangsel toege-voegd, waarin de Woningraad in overweging wordt gegeveneen onderzoek in te stellen naar de toewijzings-methoden inde onderscheidene gemeenten. Blijkt uit de te houden enquete,dat in bepaalde gemeenten de belangen van de bouwvereni-gingen worden veronachtzaamd, dan dient de Woningraaddaar zijn invloed aan te wenden ter verbetering.Mochten bevredigende resultaten van de bemoeiingen van deWoningraad bij de gemeentebesturen uitblijven, dan ware teoverwegen om aan de Regering te vragen in de richtlijneninzake de toepassing van de Woonruimtewet de rechtmatigebelangen van de bouwverenigingen enigermate te bescher-men.Reeds nu zijn er zodanige richtlijnen, die met name de toe-komstige eigenaren van woningen enige zekerheid t.a.v. dewoningtoewijzing verschaffen. Een uitbreiding dezer aanwij-zingen t.b.v. de bouwverenigingen is zeker niet onmogelijk.Het rapport bevat een aantal denkbeelden voor het treffenvan maatregelen in eigen kring, die zouden kunnen leiden totversteviging van de positie. Het is niet mogelijk alle denkbeel-den uitvoerig een voor een te bespreken. Zij worden in hetvolgende slechts aangeduid, verdeeld in vier groepen.In de eerste plaats: De aanbeveling om de taak van de bouw-vereniging niet al te eng te begrenzen en al te beperkt op tevatten. Het gaat niet alleen en uitsluitend om het bouwen enverhuren van woningen. De bouwverenigingen moeten ookaandacht schenken aan nieuwe voorzieningen. Daar komt depioniersgeest tot uitdrukking. Het rapport somt een aantalmogelijkheden op. Het is bekend, dat vele bouwverenigingenhaar taak in uitgebreide zin opvatten. Het aan de orde stellenvan deze taak houdt dus geen algemene critiek in. Het kanechter nuttig zijn nog breder kring voor de aanvullende arbeidte interesseren. De voorlichting inzake de ,,wooncultuur" aanleden en bewoners is van grote betekenis. Waar de omstan-digheden dat mogelijk en wenselijk maken dienen de vereni-gingen medewerking te verlenen aan de realisatie, de verwer-kelijking van de wijkgedachte. Er liggen voor de bouwvereni-als wasmachineEEN PRODUCT VAN OCRIETop veiligheid goed-gekeurd door deKEMA te ARNHEMGoedgekeurd doorde NEDERLANDSEVERENIGING VANHUISVROUWENVoor LAVETS met wasmachine-combinatiezijn in 28 landen de octrooien aangevraagd.De bezitters van het o r i g i n e I e LAVETkunnen zonder meer van de uhieke vin-dingen, door deze octrooien beschermd,profiteren.ELK GEOCRATEERD LAVET WORDT OP ELK GEWENSTMOMENT EEN IDEALE ELECTRISCHE WASMACHINEOCRIETFABRIEK N.V. BAARN TEL. K.2954-3641 (4 liinen).89gingen uitgestrekte velden braak, die binnen het raam vande algemene doelstelling bewerkt kunnen worden.In de tweede plaats: Maatregelen om de ,.interne" financielepositie te versterken. De verenigingen dienen een behoorlijkecontributieregeling te hebben, die eigen inkomsten verzekert.De corporaties van andere rechtsvorm kunnen van de bewonersbijdragen vragen voor de algemene voorzieningen, welke tenbehoeve van die bewoners worden getroffen. Het is absoluutnoodzakelijk, dat de woningbouwverenigingen, zeker voor haareigen huishouding, zich zoveel mogelijk onafhankelijk maken.Er zijn vele verenigingen, die reeds contributie heffen; zijhebben er steeds veel nut van gehad. Vaak echter is het reedsver voor de oorlog vastgestelde contributiebedrag tot op dehuidige dag gehandhaafd. Het is duidehjk, dat dit in feiteeen belangrijke achteruitgang betekent. Men doet nu met eendubbeltje veel minder dan b.v. in 1930. Het offer, dat voorhet lidmaatschap van een bouwvereniging wordt gebrachtstaat gewoonlijk niet in een redelijke verhouding tot de bete-kennis, die dat lidmaatschap heeft.Alle geroep om zelfstandigheid en bewegingsvrijheid voor dewoningbouwverenigingen blijft een holle phrase als het deverenigingen zelfs aan bescheiden ,.eigen middelen" ontbreekt.leder bestuur van elke bouwvereniging zal aan deze zaak bij-zondere aandacht moeten besteden.In de derde plaats: Betrek de leden en de bewoners zoveelmogelijk in het werk. Als de besturen ^ volkomen terecht --medeleven van leden en bewoners verwachten, als zij ver-langen naar een goede geest in de vereniging, dan moetenzij de verantwoordelijkheid spreiden. De belangstelling groeitnaarmate men er in slaagt vele leden en bewoners aan debesluitvorming binnen de vereniging te laten medewerken.Activeer de bewonerscommissies. Waar die commissies nogniet bestaan overwege men de vorming ervan. Voor grote ver-enigingen is de ledenraad wellicht een geschikte instelling omenerzijds de doelmatigheid van ..het besturen" te vergrotenen anderzijds enige tientallen leden in het werk te halen.Men zal de belangstelling van de jongeren moeten stimuleren.men zal ze een kans moeten geven om deel te nemen aan debestuursarbeid. Het lijdt geen twijfel, dat er zeer vele jonge-ren zijn, die grote latente belangstelhng voor het volkshuis-vestingswerk hebben. Zij weten vaak niet hoe zij die belang-stelling kwijt kunnen, derhalve moeten zij er bij worden ge-haald.Als men ernst wil maken met het opnemen van jongeren inde besturen, dan zal de sleur, die gewoonlijk de bestuurs-verkiezing kenmerkt, moeten verdwijnen. Dan zal men zichelke keer rekenschap moeten geven van de vraag of het be-stuur vernieuwing behoeft. Zoals vanmorgen volstrekt auto-matisch de aftredende bestuursleden van de Woningraad zijnherkozen. zo meet het eigenlijk niet gaan. De commissie pleitniet voor een periodieke en volstrekt dwingende ver-nieuwing van de besturen. De aan het rapport toegevoegdebijlage op biz. 34 (voorbeeld van statutaire bepaling) geeftaan op welke wijze men een gezonde ..doorstroming" in debesturen zou kunnen bevorderen.In de vierde plaats: Betrek de vrouwen in het werk! Er is inhet gehele maatschappelijke leven sprake van de emancipatievan de vrouw. Op alle terreinen van maatschappelijke arbeiddoet zij haar intrede. Alleen op het terrein van de volkshuis-vesting -- wellicht bij uitstek haar terrein -- ontmoet mende vrouw maar zelden. In de kringen van de bouwverenigin-gen -- in deze vergadering -- is de vrouw een eenzame bloemop een dorre vlakte.Het is wel ongeveer bekend hoe het komt, dat de gehuwdevrouw vrijwel niet aan. het werk der bouwverenigingen deel-neemt. De statuten dier verenigingen zeggen over het alge-meen, dat zij hd kunnen worden, die ,,bekwaam zijn tot het90De bouwwereld van Nederland maaki in sieeds toe-nemende maie gebruik van deFUSEE DAKCONSTRUCTIESteeds meer zien en waarderen archiiecten en aan-nemers de groie voordelen weike deze oudsie eneenvoudigsie der dakconsiruciies biedi. Mei Fusee's:?K snel onderdak? brandvrij, isolerend? geen onderhoudFlatwoningen te LeiderdorpOntwerp: Arch bur. Dekker en ?/d, Sterre, LeiderdorpHEFUMIJ IS SERVICEVraag nog heden de traaie brochure ,,Gebogen Daken . .. Fusee Daken" aan bij N.V. Nelumij, Tetenngsedijk 6 - Breda - Tel. K 1600-5990-6724fUSEE daken,,Wat een simpel rekenen"Je leest wel eens over he{ precisie-werk van een horlogemaker maarvlak het uitrekenen van een post timmerwerk ook niel uit.De tegenvifoordige lijd leert je we\ om iedere besparing direct doorte voeren, daarom ben ik ook zo enthousiasl over board: betereresultaten in minder tijd en stukken goedkoper Ik gebruik steedsmeer board en mijn successen heb ik vooral te danken aanhei Nederlandse board:NOVE-BOARDIV^Voordelen.constanie kwalileilgeniakkelijk af te schrijveneconom/sc/ie speciticatiealiijd voorradig ,_gunsfige prijseenvoudige en bijzonder mooite verwerkengladde oppervlakkenN.V. NOORDELIJKE INDUSTRIE VOOR VEZELVERWERKING HOOGEZAND91aangaan van overeenkomsten". Aan dit vereiste voldoet^ volgens de wet -- de gehuwde vrouw niet. Zij wordt dusbuitengesloten. Zij is door de wetgever in dit opzicht op eenlijn gesteld met minderjarigen en onder curatele gestelde per-sonen. Weliswaar ziet het er naar uit, dat deze wrakende be-palingen door betere vervangen zullen worden, maar op hetogenblik hebben wij er nog mede te maken. De bouwvereni-gingen zullen de mogelijkheid moeten opcnstellen voor toc-treding van de gehuwde vrouw tot de vereniging als volko-men gelijkberechtigd lid.Een middel daartoe kan zijn de wijziging de statuten, zoalshet rapport die in overweging geeft. Er kan zijn een gewoonen een buitengewoon lidmaatschap. Aan het laatste zal slechtseen geringe contributie zijn verbonden. De echtgenoten ma-ken onderling uit wie van beiden het gewone lidmaatschap zalaanvaarden. De grondgedachte van de commissie is geweest,dat de gehuwde vrouw een volkomen gelijkwaardige plaatsin de vereniging moet worden aangeboden. Het moet niet gaanop de manier, die nu nog wel eens wordt gevolgd. Als erthans een bestuur van negcn personen moet zijn, begint menmet 8 mannen te kiezen. Dan zegt een van die mannen;,,Wacht eens even, er hoort toch eigenlijk ook een vrouw inhet bestuur te zitten".Deze lumineuze gedachte wordt door de anderen aanvaarden dan is men vervolgens wel zo goed de negende plaats aaneen vrouw aan te bieden. Zo in de trant van: ,,Er zijn nog weleens karweitjes op te knappen, waarvoor je een vrouw goedkunt gebruiken". Als er ergens een fikse burenruzie is bij-voorbeeld. Natuurlijk is dit nizt de manier om de vrouwen telaten meedoen.Men kan ervan overtuigd zijn, dat er een leger van vrouwenklaarstaat om een zeer belangrijke bijdrage tot verstevigingvan de positie der bouwverenigingen te leveren. Tegenover deklacht, dat er van weinig belangstelling sprake is, dat be-stuursleden moeilijk te vinden zijn, staat de mogelijkheid goed-willende en ijverige krachten voor het werk te werven. Alsmen maar bereid is om de vrouw voor dat werk te mobiliseren.Vervolgens moeten nu nog in het kort besproken worden devoorstellen, die de Commissie doet aan de Woningraad endie zijn vervat in de conclusies 2, 4, 12, 13, 15 en 19.Heel belangrijk is de kwestie van de kadervorming. Er bestaatgrote behoefte aan stelselmatige voorlichting en documentatievan het corps bestuurders en aspirant-bestuurders. Mogelijk-heden om in die behoefte te voorzien worden genoemd in deconclusies 12 en 13. Cursusvergaderingen bieden uitstekendegelegenheid tot voorlichting en instructie. Een goed leesbare,geordende documentatie kan de kracht van de besturen aan-zienlijk verhogen. Het gaat daarbij zeker niet alleen om hettoezenden van verzamelingen duistere voorschriften en be-? palingen. De toelichting en de voorbeelden t.a.v. de toepassingzijn belangrijk.Tenslotte is er dan ,het voorstel tot 'het uitgeven van een po-pulair maandblad voor de leden en bewoners. Terloops zijopgemerkt, dat dit blad 66k zal zijn bedoeld voor de bewonersvan gemeentewoningen. De commissie hecht grote waardeaan een populair en smakelijk uitgevoerd blad, dat regelmatigde bewoners in hun eigen huis bereikt. Het geeft de mogelijk-heid om in een aantrekkelijke verpakking het een en ander tebieden, waardoor de bewoners meer te weten komen over hetstreven en de werkwijze van de woningbouwverenigingen enwaardoor zij op eenvoudige wijze worden ingelicht over deproblematiek en het eminente belang van het volkshuisves-tingswerk. Het blad staat of valt met de wijze, waarop hetwordt gebracht. Er zal derhalve zeer grote zorg aan kwaliteiten uitvoerig besteed moeten worden. Als dat gebeurt -- ener kan in dit opzicht een goede verwachting worden gekoes-terd --, dan moet het ook in financieel opzicht mogelijk zijnom bij een oplage van tenminste 100.000 exemplaren het bladtegen een prijs van f. 1,50 a f. 2,-- per jaar te leveren. Decommissie heeft gegevens dienaangaande aan het bestuur van92 de Woningraad geleverd.De genocmde oplage lijkt groot, maar zij is het -- gemetennaar de omvang van het woningbezit der leden van de Wo-ningraad -- eigenlijk niet. Dat bezit omvat meer dan 300.000woningen. Het is bepaald niet overdreven optimistisdh te den-ken aan verspreiding van tenminste 100.000 bladen. Er isenige ervaring in dit opzicht.Toen enkele jaren geleden de Woningraad de verschijningaankondigde van folders over het onderhoud van de wonin-gen, namen de leden in korte tijd ^ hoewel men moest af-wacht wat er uit de bus zou komen -- bijna 800.000 van diefolders af. De commissie verwacht, dat er ook voor een goedbewoners-maandblad grote belangstelling zal bestaan. Het-geen over het blad in conclusie 15 wordt gezegd, behoeft na-tuurlijk nadere uitwerking. Het bestuur van de Woningraadwordt slechts in overweging gegeven de mogelijkheid tot uit-gave van het blad te onderzoeken.Zo zijn dan in het voorgaande de suggesties, welke de com-missie meende te moeten geven, nader toegelicht. De com-missie is er van overtuigd, dat indien het congres instemmingmet haar gedaohtengang in grote lijnen wil betuigen, het rap-port een constructieve bijdrage leveren kan voor de verstevi-ging van de positie der woningbouwvereniging. (hartelijk ap-plaus).De voorzitter geeft gaarne gelegenheid tot het maken vanopmerkingen over de rede van de Heer Bommer.De Heer Van Noorden van ,,De Dageraad" te Amsterdamheeft op rapport en inleiding niet veel te zeggen. Een populairblad, gewijd aan de volkshuisvesting, zal ongetwijfeld allersympathie hebben. In dit verband rijst wel de vraag waaromer twee soorten van leden worden onderscheiden. De vereni-ging van spreker heeft aanzienlijk meer leden dan bewoners.Als de bewoners alleen het blad ontvangen, wat krijgen deleden-niet bewoners dan? Het blad zou moeten verschijnen ineen zodanige oplage, dat a/te leden het kunnen ontvangen.De ruimere voorzieningen in en aan de woningen, waaroverde inleider heeft gesproken, wenst een ieder. Het probleem isechter: hoe kunnen de kosten voor die voorzieningen wordenbetaald, als er reeds sprake is van huurprijzen van 13 tot 17gulden per week. Mogen de besturen der bouwverenigingendaarboven nog betaling vragen voor extra voorzieningen? Ditis een benauwend probleem voor hem, die inderdaad meer wilgeven dan een kale woning.De commissie heeft weinig aandacht geschonken aan het ver-schil tussen de leden van vroeger en die van nu. Vroeger hadeen bouwvereniging over het algemeen principieel overtuigdeleden. Het ging erom de woningexploitatie los te maken uitde handen van de ,,winstmakers". Er waren tal van leden,die alleen daarom reeds belangstelling hadden, ook als zijvoor zichzelf geen woning begeerden. Waar is nu die over-tuiging van de leden? Nu geloven ze het wel. Nu hangen zehet wasgoed op alle denkbare plaatsen aan de gevels; nuschamen ze zich niet om de trapportalen te verontreinigen ende tuinen te vernielen. Hoe brengt men in deze toestand ver-andering?Spreker voelt wel lets voor de gehuwde vrouw (vrolijkheid).Als men ze echter in de bouwverenigingen wil halen, dan zalmen eerst moeten weten met welke kwaliteit men te doenheeft (nog groter vrolijkheid). Spreker is wel bereid mede tewerken aan het inschakelen van de vrouw, maar hij zal strengselecteren.De Heer Meyer, secretaris van prov. afd. Noord-Brabant,wijst er op, dat zijn afdeling reeds een enquete bij de gemeen-tebesturen heeft ingesteld naar de methoden, die bij de toe-wijzing van woonruimte worden gevolgd. Een groot aantalvan de gemeentebesturen heeft waardevolle inlichtingen ver-strekt. Eigener beweging is de afdeling dus reeds gekomen totwat de commissie nu aanbeveelt.^yacaturcA"\GEMEENTE S-GRAVENHAGEDe Stichfing ,,Centraal Wonlngbeheer" roeptgegadigden op voor de betrekking vanWONINGINSPECTRICEAOFBSalarisgrenzen respectievelijk f. 3.784,20 totf.4.960,80 en f. 4.165,80 tot f. 5.501,40,Verhoging van deze bedragen is in voorbereiding.Voor aanstelling in een dezer rangen is hetbezit vereist van een diploma van een Sctioolvoor Maatschappelijk Werk, alsmede practischeervaring in het v/erk van een woninginspectrice.Leeftijd niet ouder dan 35 jaar.?Uitvoerlge, eigenhandlg geschreven sollicitaties, met ver-melding van volledige voornamen, geboortedatumen -plaatsbinnen 14 dagen onder nr A 78 te richten tot de Directeurvan het Gemeentelijk Bureau voor Personeeisvoorziening,Kerkplein 3, 's-Gravenhage.EDEL STANDGROENEDEL STANDROODEDEL STANDBRUINEDEL STANDZWARTEDEL STANDGEELEDEL STANDBLAUWEDEL STANDWITf^^^'N.V. v,h. EVERT KONING & Co.ZAANDAM - Tekf.t 3692-4821-4985.116De Heer Crom van de Bouwmij. tot Verkrijging van EigenWoningen te Amsterdam geeft uiting aan zijn grote waarde-ring voor rapport en inleiding. Spreker kan zich over het al-gemeen met de conclusies van de commissie zeer wel vereni-gen. Hij ondersteunt in het bijzonder de aanbevehng voor ka-dervorming. De grotere verenigingen beschikken in dit opzichtzelf over mogelijkheden. De ledenraad van sprekers vereni-ging wordt regelmatig geinformeerd. De inleider van nu heeftook al voor die ledenraad gesproken en dat is bijster goedbevallen. Sprekers vereniging geeft reeds lang een eigenmaandblad uit. Dat kost circa f. 8.000,^- per jaar. Combinatiemet het voorgestelde landehjke blad zou veel duurder kosten.Dat kan een ernstig bezwaar zijn.De Heer WaUer van ,,Volkswoningbouw" te Amsterdam ver-tegenwoordigt een niet-toegelaten vereniging, waarvan de in-leider in 1950 de mislukking heeft voorspeld. Nochtans heeftde vereniging nu een veertigtal woningen kunnen bouwen.Spreker heeft bezwaar tegen de mening van de commissie ende inleider, dat er geen plaats zou zijn voor nieuw toe te latenbouwverenigingen, die blijk geven haar leden daadwerkelijkbij de arbeid te betrekken. Voor het overige geeft spreker blijkvan instemming met verscheidene conclusies.De Heer Labrie, wethouder der gemeente Rheden, maakt zichongerust over de kwaliteit van de oude woningwetwoningen.Voor de verbetering van oude particuliere woningen wordtDe verf waar U op wachtte.....IS ER!Synthetische Muurverfvoor BINNEN- en BUFTENWERK? Verzeept nooit; kan op vers werk? Dekt in 1 X op steen, cement, be-ton, zacht board, pleister? Ademt en is schimmelvrij? Ongekende hechting,ook op oude olieverflagen? Kan over teer, carbolineum? Een bewerking op nieuw werk? Voordelig per m^Enorme mogelijkhedenVerbluffende resultatenVraag alles wat U weten wilt bijARTEKOBIN PRODUCTENGROTE BICKERSSTRAAT 53 - AMSTERDAM-C.Telefoon 45700WEMA Glasdak-constructiesN.V. NEBIMAHAARLEMTelef. 16793TELEFOON Noord Scharwoude K 2260BOARDS444EECENOUD KARSPELOPGERICHT 1805,,EZO KEUKENS"93van overheidswege subsidie in verschillende vorm gegeven;de woningwetwoningen komen er niet voor in aanmerking.Hoe zal het nu gaan met de aanstaande huurverhoging van5%? Het zal toch zaak zijn, dat die hogere opbrengst aan deexploitatie ten goede komt. Men kan de bewoner bezwaarlijkmeer laten betalen zonder aan de woning iets te doen. Hetbestuur van de Woningraad zal hierop bedacht moeten zijn.Spreker heeft in de vergadering horen vertellen van bestuurs-leden, die hun functie niet wilden opgeven, omdat zij dan hetpresentiegeld voor de vergaderingen zouden missen. Sprekeris zeer verwonderd, dat er ergens presentiegeld wordt ge-geven. Hij acht het een onderwaardering van de betekenisvan het bestuurslidmaatschap (instemming uit de vergade-ring).Spreker juicht het streven naar het aantrekken van jongerekrachten van harte toe. Evenzeer is hij een warm voorstandervan de inschakeling van de vrouw. Hij is het roerend eens metde inleider, die gezegd heeft, dat men de vrouw (en) in debesturen niet moet zien als leden van de tweede rang. Sprekerheeft het wel meegemaakt, dat als gebruikelijk de mannen ineen bestuur of comite de eerste viool speelden, maar plotse-ling tot de ontdeking kwamen, dat de vrouw zo'n nuttige rolkon spelen als het bijvoorbeeld aankwam op het aan de manbrengen van bloempjes of speldjes. Het is sprekers overtui-ging, dat het z6 niet moet.Sprekers ervaringen met maandbladen zijn over het algemeenniet zo gunstig. Niettemin is hij van mening, dat het plan omte komen tot uitgave van een blad voor bewoners dient teworden toegejuicht. Hij maakt van de gelegenheid gebruikom de tockomstige redactie van het blad reeds nu te bezwerengeen ,,alcohol-advertenties" op te nemen. Wat men aan deene zijde door middel van het blad aan opvoedkundige arbeidzou doen, dat zou men aan de andere kant weer afbrekendoor het plaatsen van opwekkingen tot alcoholgebruik!De afgevaardigde van ,,Onze Woning" te Hoorn licht hetvoorstel van zijn vereniging (punt 8 van de agenda) nadertoe. Hij verklaart hoe het bestaansrecht van zijn verenigingwordt ondermijnd, doordat burgemeester en wethouders vanzijn gemeente bij de toewijzing van de woning net doen alsofer geen bouwvereniging-eigenaresse bestaat. Hij somt eenaantal practijkgevallen op, waaruit blijkt hoe moeilijk zijn ver-eniging het in dit opzicht heeft.De Heer Jongeneel van de Bouwver. Kockengen is van me-ning, dat de zelfstandigheid van de bouwverenigingen degrondslag voor het werk moet vormen. Spreker noemt alsvoorbeeld de eis van burgemeester en wethouders om de con-trole op de administratie te doen verrichten door het Verifi-catiebureau van de Ver. v. Ned. Gemeenten. Zonder iets te-kort te doen aan de kwaliteit van dat bureau geeft de bouw-vereniging cr de voorkeur aan de controle te laten uitoefenendoor de Nationale Woningraad over wiens werkzaamhedenin dit opzicht men zeer tevreden is. Er is over deze zaak nogaltijd kwestie.Spreker vraagt de inleider of ook die van mening is, dat debouw van b.v. een gebouw voor het ,,Groene Kruis" nog totde taak van de bouwverenigingen gerekend kan worden.In Kockengen is men door gebrek aan middelen niet in staatom de woningen van een apparaat te voorzien, dat heet ofwarm water levert. Daardoor beantwoorden de douche-cellenniet aan hun doel. Zij worden veelal als berghok gebruikt.De Heer Hagen van de Alg. Woningbouwver. te 's-Graven-hage deelt mede, dat het bestuur van zijn vereniging warmebelangstelling heeft voor de
Reacties