Geld uit de woningbouwimpuls: check. Een woondeal: check. Voldoende locaties: check. Dat Overijssel snel extra huizen kan bouwen, is vooral te danken aan een innovatieve aanpak - met bescheidenheid als opmaat tot daadkracht.

In Enschede kon het afgelopen halfjaar bij herhaling de spreekwoordelijke vlag uit. Eerst in het najaar van 2020, toen het Rijk zicht gaf op de versnelde bouw van 619 woningen met 3 miljoen euro uit de eerste tranche van de Woningbouwimpuls. Begin dit jaar, bij de toekenningen in de tweede tranche, haalde de Twentse stad opnieuw 3 miljoen binnen, dit maal voor 703 huizen. 'Deze tweede succesvolle subsidieaanvraag voelt als een erkenning dat we als stad goed op weg zijn', aldus een tevreden wethouder Jeroen Diepemaat.

Ook andere steden in Overijssel haalden geld binnen. Deventer, Zwolle, Hengelo en Enschede zijn samen goed voor 16 miljoen euro uit de Woningbouwimpuls. Geld waarmee de steden bijna vierduizend woningen kunnen bouwen, grotendeels in het betaalbare segment - hoe de verdeling van prijsklassen er precies gaat uitzien, bepalen de gemeenten. De provincie ondersteunt de impulsen met expertise, lobby en co-financiering van bijna 4 miljoen euro. Het Rijk draagt bovendien 1,3 miljoen euro bij aan een provinciaal aanjaagteam wonen. Daarnaast sluit het Rijk een woondeal met Zwolle, Deventer en het Gelderse Apeldoorn; daarmee krijgen deze steden voorrang bij woningbouwprojecten.